De opkomst van het Internet maakt het mogelijk voor elke gebruiker om zich, door het creëren een blog of een andere web 2.0 applicatie, te presenteren als een filmcriticus. Het is voor de consument daardoor lastiger geworden om een onderscheid te maken tussen de professionele filmcriticus en de amateurcriticus. Oorspronkelijk was het bekritiseren van films alleen voorgelegd aan filmcritici die werkzaam waren bij een erkend medium als een krant, waardoor er een institutie van de filmkritiek ontstond. Men paste zich als een orkest op elkaar aan. Deze institutionele inbedding heeft gevolgen voor de inhoud van de filmrecensies: zo zijn er specifieke termen en recensietechnieken aan verbonden. Professionele filmcritici, zo blijkt uit een analyse van Baumann (2001) en Van Venrooij & Schmutz (2005), gebruiken onder andere veel high art terminologie en high art recensietechnieken. Middels deze terminologie en technieken laat de filmcriticus zien dat hij verstand heeft van zijn vak, door de film te benaderen als een kunstvorm. De online filmcritici presenteren zich echter buiten deze institutie van de filmkritiek door hun filmrecensies te verspreiden via het Internet. Dit kan gevolgen hebben voor de manier waarop de online filmcritici te werk gaan. Zo is het Internet van nature een sociaal medium. De gebruiker kan, door middel van bijvoorbeeld een blog, eenvoudig communiceren met vrienden, familie en andere gebruikers. Vanuit het sociale aspect van het Internet is het mogelijk dat de online criticus de film meer benaderd vanuit het publiek en minder kritische en kunstzinnige termen gebruikt. Populaire esthetische terminologie en -recensietechnieken sluiten hierbij aan. Dit zijn criteria waarbij de film niet op een intellectuele wijze wordt benaderd, maar waarbij de focus ligt op de manier waarop de film wordt ervaren. Door middel van een kwantitatieve inhoudsanalyse van 600 filmrecensies, zijn de verschillen in de mate van het gebruik van terminologie en recensietechnieken in online filmrecensies en filmrecensies uit kranten geanalyseerd. Aan de hand van een codeerschema zijn 300 filmrecensies uit kranten en 300 online filmrecensies gecodeerd. De filmrecensies zijn afkomstig uit drie verschillende landen: Nederland, Engeland en Amerika. Het codeerschema is opgedeeld in vijf dimensies: high art terminologie, kritische terminologie, high art recensietechnieken, populaire esthetische recensietechnieken en populaire esthetische terminologie. De resultaten tonen aan dat de filmrecensies van professionele filmcritici op vier van deze vijf dimensies verschillen van filmrecensies van online filmcritici. Alleen bij de dimensie kritische terminologie is er geen verschil waar te nemen. Daarbij is rekening gehouden met de lengte en het land waar de filmrecensie vandaan kwam. Uit de resultaten kan geconcludeerd worden dat er nog steeds een onderscheid gemaakt kan worden tussen professionele filmcritici en online filmcritici. Zolang de consument beide groepen, online en professionele critici, niet als een gelijke gaat ervaren, kan er gesproken worden van complementariteit. Door het web 2.0 is het echter steeds lastiger geworden voor de consument om hier een onderscheid in te maken.

, , , , , , ,
Verboord, Dr. M.N.M.
hdl.handle.net/2105/10976
Media & Journalistiek
Erasmus School of History, Culture and Communication

Koorneef, J.A. (2011, August 31). Everyone's a critic now?. Media & Journalistiek. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/10976