Levensbeëindigend handelen bij pasgeborenen is in Nederland al decennia onderwerp van medische, juridische en politieke discussie. Sinds 2004 ondersteunen richtlijnen en criteria van het Groningen- protocol de besluitvorming daarover in situaties waarin bij pasgeborenen volgens heersend medisch inzicht sprake is van ondraaglijk en uitzichtloos lijden. Het protocol is gebaseerd op opvattingen en normen, die in rechtspraak en literatuur reeds waren gecodificeerd. Kinderartsen meldden actieve levensbeëindiging bij pasgeborenen meestal niet. Uit een analyse van de 22 gevallen, die van 1997 tot 2004 gemeld waren, bleek dat het zonder uitzondering pasgeborenen met spina bifida betrof.

, , ,
Buijsen, Prof.Mr.Dr.Drs. M.J.M., Kottenhagen, Mr.Dr. R.J.P.
hdl.handle.net/2105/14462
RePub (University Library)
Erasmus University Library

Watson, Kenneth. (2013, August 28). Juridische aspecten van prenatale behandeling van aangeboren afwijkingen (spina bifida). RePub (University Library). Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/14462