Achtergrond Wanneer jongeren met een chronische aandoening de leeftijd van achttien jaar bereiken, zullen zij een dubbele transitie maken. Naast de transitie naar volwassenheid zullen zij ook de transitie van kinder- naar volwassenenzorg moeten maken. In het kader van goede transitiezorg heeft Actieprogramma ‘Op Eigen Benen Vooruit!’ verschillende interventies ontwikkeld. Deze interventies zijn in twee fases verspreid onder verschillende teams, de Testfase en Verspreidingsfase teams. Het doel van dit onderzoek is het evalueren van de effectiviteit van de interventies op gebied van kwaliteit van zorg en de manier waarop getracht wordt dit te realiseren. De hoofdvraag van dit onderzoek luidt daarom dan ook: ‘In hoeverre ervaren zorgprofessionals uit de deelnemende teams een verbeterde kwaliteit van zorg na deelname aan het Actieprogramma ‘Op Eigen Benen Vooruit!’ en hoe verklaren zij deze verbetering?’ Methoden Dit onderzoek bestaat hoofdzakelijk uit kwantitatief vragenlijstonderzoek met een vóór en na meting, dat werd aangevuld met een kwalitatief onderzoek (met name interviews en documentenanalyse). De kwantitatieve dataverzameling en –analyse is uitgevoerd onder zestien verschillende teams uit zowel de Test- als Verspreidingsfase ronde 2010 van het Actieprogramma. In de vragenlijst is gevraagd naar de aanwezige transitiezorg interventies en is door middel van twee verschillende instrumenten kwaliteit van zorg in kaart gebracht. Deze twee instrumenten betroffen een checklist over knelpunten in transitiezorg en het gevalideerd instrument Assessment of Chronic Illness Care (ACIC). Met behulp van beschrijvende statistiek en gepaarde t-testen zijn analyses uitgevoerd. Resultaten Uit de kwantitatieve analyse blijkt dat alle teams, van zowel de Test- als de Verspreidingsfase, een verbetering laten zien op niveau van de ervaren knelpunten, nadat interventies zijn geïmplementeerd. Echter laten de Testfase teams op domeinen omtrent de ondersteuning van zelfstandigheid en psychosociale problemen een kleine verslechtering zien in de ervaren knelpunten. Eveneens uit de kwantitatieve analyse blijkt dat de Test- en Verspreidingsfase teams een verbetering laten zien in ervaren kwaliteit van zorg, waarbij dimensie gericht op de ondersteuning van zelfmanagement de meeste verbetering laat zien. De Testfase en Verspreidingsfase laten beiden verschillende activiteiten zien, die overeenkomend zijn in aantal maar verschillend zijn qua aandachtsgebied. De Testfase laat zien dat zij op het moment van de beginmeting (t0) al verder waren in het ontwikkelen van de interventies. Uit de kwalitatieve analyse zijn verschillende belemmerende en succesfactoren naar voren gekomen. Veelgenoemde succesfactoren zijn het enthousiasme, de samenwerking en de communicatie van en tussen de teams. Eveneens hebben de teams aangegeven dat te weinig tijd, draagvlak en steun van het management als belemmerende factoren een rol hebben gespeeld bij de implementatie van de interventies. Conclusie De knelpuntenanalyse en ACIC laten in dit onderzoek een algehele verbetering zien ten aanzien van de ervaren knelpunten en ervaren kwaliteit van zorg. Over de verschillende fases heen is een overeenkomend aantal veranderingen zichtbaar geworden in de interventies. Echter is geen directe samenhang zichtbaar tussen verandering in interventies en de verbetering in ervaren knelpunten en ervaren kwaliteit van zorg, hoewel dit bij sommige teams wel zichtbaar is.

, , ,
Strating, M.
hdl.handle.net/2105/14969
Master Zorgmanagement
Erasmus School of Health Policy & Management

Zuidervliet, J.M. (2013, January 12). Interventies binnen transitiezorg; verbetering in kwaliteit van zorg?. Master Zorgmanagement. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/14969