In 1991 viel het doek voor de arbeiderskrant Het Vrije Volk. Na bijna een eeuw het nieuws te hebben gebracht aan socialistisch Nederland, zagen de eigenaren van de krant zich genoodzaakt te fuseren met het Rotterdams Nieuwsblad. Het Vrije Volk maakte deel uit van De Arbeiderspers. Vanaf 1969 stortte dit uitgeversimperium om financiële reden als een kaartenhuis in. De krant zag zich noodgedwongen het landelijke editiestelsel te ontrafelen, drukkerijen te verkopen en zich terug te trekken op het laatst overgebleven ‘rode bastion’ in Rotterdam. In de laatste twee decennia van haar zelfstandig bestaan heeft de krant er in Rotterdam alles aan gedaan het hoofd boven water te houden. Uiteindelijk bleek dat tevergeefs. Deze laatste stuiptrekking van het arbeidsblad staat centraal in deze scriptie. Middels interviews met oud-werknemers en archiefonderzoek is de geschiedenis van Het Vrije Volk in de periode 1970-1990 in kaart gebracht. Het gaat hierbij zowel om de vraag wat er precies gebeurd is in die periode alsmede hoe dat beleefd is door de ‘oud-Vrije Volkers’. Hiertoe is gebruik gemaakt van primaire en secondaire literatuur, het archief van de krant geraadpleegd en zijn interviews met oud-medewerkers van het dagblad afgenomen. Het onderzoek geconcentreerd zich op de redactionele tak van het bedrijf, met name op de vraag hoe vanuit een journalistiek oogpunt getracht werd aantrekkelijk probeerde te blijven voor de lezer. Deze geschiedenis van Het Vrije Volk is afgezet tegen de sociaal-culturele maatschappelijke veranderingen van toen en het economische proces van schaalvergrotingen in de dagbladpers, de persconcentratie. Tevens is de historiografie van de persgeschiedenis beschreven. Eind jaren zestig had de krant zich gedwongen terug te trekken op Rotterdam. In deze periode werd de krant voortdurend geconfronteerd met tegenvallende abonnementenontwikkelingen. Het sterk vergrijsde lezersbestand en liep terug en nieuwe lezersgroepen wist de krant niet aan te trekken. Naarmate de jaren vergingen werd de situatie steeds nijpender. De kern van de problematiek was tweeledig en werd gevonden in het imago en het omgaan met de regionale functie van de krant. Het lukte de redactie niet goed hier een passend antwoord op te geven. Vanaf 1986 ondernam de redactie een grote operatie waarbij een geheel nieuwe, groene en frisse krant ontwikkeld werd, teneinde voorgoed afstand te nemen van het rode imago en de landelijke ambitie. Dit resulteerde in een mislukking en deed de eigenaren besluiten een einde aan het zelfstandig bestaan van Het Vrije Volk te maken. Al terugblikkende op het verleden van Het Vrije Volk kwam bij veel geïnterviewden een sterk gevoel van nostalgie en sentiment van naar voren. Alhoewel het zakelijk een zware tijd was, hebben de meesten het als bijzonder positief en waardevolle periode uit ook hun persoonlijke leven omschreven. De binding die ze voelden met de krant was bijzonder sterk en op de redacties heerste een groot gevoel van onderlinge lotsverbondenheid. Het was een trots om voor Het Vrije Volk als instituut voor de sociaaldemocratie te werken. Hoe slechter het met de krant ging, des te strijdvaardiger de Vrije Volkers werden. Het idee een gevecht tegen de ondergang en een gezamenlijke strijd te voeren, wakkerde een uniek groepsgevoel sterk aan. Bij deze scriptie hoort een bijlage met de uitgewerkte interviews. Deze zijn niet publiekelijk toegankelijk maar worden wel beschikbaar gesteld voor geinteresseerden. Degene die de interviews wil inzien, dient contact op te nemen met Wilma ten Haaf: wilmatenhaaf@gmail.com

, , , , , ,
Kleppe, M.
hdl.handle.net/2105/15199
Maatschappijgeschiedenis / History of Society
Erasmus School of History, Culture and Communication

Haaf, M.W. ten. (2013, August 30). De laatste Stuiptrekking van een Arbeiderskrant. Maatschappijgeschiedenis / History of Society. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/15199