Grenzen ten aanzien van ras en etniciteit zijn een nog redelijk onderbelicht fenomeen binnen de sociologie van kunst en cultuur. Terwijl culturele diversiteit door velen wordt gevierd, kunnen we ons tegelijk afvragen in hoeverre het heeft geleid tot de gelijkheid van kunstenaars behorende tot een raciale of etnische minderheid. Met deze thesis is getracht de verschillen in de mate van symbolische en materiële erkenning voor beeldende kunstenaars in de Verenigde Staten ten aanzien van ras en etniciteit te bestuderen. Daarnaast biedt het onderzoek mogelijke verklaringen ten aanzien van deze verschillen. Het domein van dit onderzoek is de kunstwereld, waarin bepaalde actoren en instituten een dominante positie innemen. Deze positie legitimeert hen een mening te vormen over culturele objecten die hen in staat stelt te bepalen welke cultuur de kunstmarkt binnenstroomt en welke cultuur erkend wordt. Om die reden worden deze actoren en instituties ook wel gatekeepers genoemd. Zodra een gatekeeper aan een cultuurobject waarde toekent ontvangt de maker ervan symbolisch of materieel kapitaal. Echter, in het proces van toekenning van kapitaal is een bepaalde mate van ongelijkheid zichtbaar. Het zorgt ervoor dat witte kunstenaars meer prestige en geld ontvangen en de representatie van raciale en etnische minderheden een disbalans kent. Uit het onderzoek blijkt dat de mate van symbolische en materiële erkenning ten aanzien van ras en etniciteit inderdaad niet gelijk is. Dat houdt in dat witte kunstenaars meer kansen krijgen om zich te representeren binnen de kunstwereld. Daarnaast verkeren witte kunstenaars in een financieel betere positie. We kunnen op basis van dit resultaat een aantal conclusies aanbrengen. Allereerst zien we dat representatie in de kunstwereld een voorwaarde is voor een hogere mate van economisch kapitaal. Omdat witte kunstenaars meer kunst blijken te verkopen en tegelijk meer inkomsten daaruit genereren is de representatie van witte kunstenaars voor professionele instituties, een lucratieve keuze. De kunstwereld kenmerkt zich zodoende door de aanwezigheid van een infrastructuur voor het werk van raciale en etnische minderheidskunstenaars en stelt zich behouden en conservatief op ten aanzien van nieuwe groepen kunstenaars. Er is een dwangmatige behoefte om vast te houden aan een traditionele manier van denken. De problematiek rondom de representatie van raciale en etnische minderheden binnen de kunstwereld kent een dynamisch karakter. Zij behoren zij tot de lagere sociale klassen en verkeren financieel gezien in een minder goede positie. Het klinkt aannemelijk om te denken dat minderheden vanuit die positie, minder snel voor een onzeker beroep als het kunstenaarschap zal kiezen. Wat niet meehelpt, is het feit dat uit dit onderzoek blijkt dat raciale en etnische minderheidskunstenaars die wèl proberen door te dringen tot het kunstenveld, in een financieel gezien minder goede positie verkeren. Zij zijn ertoe genoodzaakt nevenactiviteiten te ontplooien die een succesvolle carrière in de weg staat. Minderheidskunstenaars lijken zo terecht gekomen in een negatieve vicieuze cirkel. Op basis van deze beschrijving signaleren we de aanwezigheid van symbolische grenzen ten aanzien van ras en etniciteit. We kunnen zodoende stellen dat de manier waarop in het huidige debat gepraat wordt over culturele diversiteit in de kunstwereld, die impliceert dat een heterogene cultuur gevierd wordt, alleen verwijst naar de komst van een minderheidscultuur die aan de dominant aanwezige homogene cultuur is toegevoegd. Diversiteit is vanuit die gedachte een term om verschillen te benadrukken (Appignanes, 2010).

, , , , , , , ,
Berkers, P.P.L
hdl.handle.net/2105/15205
Sociologie van Kunst en Cultuur , Master Arts, Culture & Society
Erasmus School of History, Culture and Communication

Kerman, M. (2013, August 30). Grenzen aan erkenning. Master Arts, Culture & Society. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/15205