Deze thesis richt zich op de visuele propagandacampagne van de zionistische beweging tussen 1900 en 1956 en dan met name via posters. De posters omvatten een breed scala aan thema’s, variërend van diaspora en immigratie tot landbouw en arbeid, ingezet door verschillende zionistische organisaties ter verwezenlijking van de Joodse staat in Palestina. De hoofdvraag gaat over de wijze waarop de zionistische bewegingen aan de hand van visueel beeldmateriaal geprobeerd hebben Joden in Europa te mobiliseren en activeren voor de zionistische zaak in Palestina. De grondleggers van het zionisme waren van meet af aan uit op een cultuurverandering binnen de in hun ogen ondeelbare Joodse natie in de diaspora. Door cultuur tot een identiteit te reduceren trachtten zij de joodse gemeenschappen voor te stellen als één natie, een groep mensen die met elkaar een gemeenschappelijke geschiedenis, cultuur en andere identiteitskenmerkende aspecten delen. De verscheidenheid van de joodse gemeenschappen in de diaspora moesten plaatsmaken voor een nieuwe identiteit die weliswaar geconstrueerd was, maar tot de verbeelding van veel Joden sprak. In de postercultuur werd al vroeg gebruik gemaakt van religieuze symbolen en beeldspraak om de zionistische zaak te legitimeren en daarmee aanhangers te werven. De persoonlijkheidscultus rondom Theodor Herzl speelde daarin een grote rol. Met de komst van ideologisch gedreven immigranten na 1905, voor een groot deel bestaande uit leden van het joodse proletariaat uit Rusland, werd het streven naar een socialistische samenleving geïncorporeerd in het nationalistische narratief van het zionisme. De eerste zionistische plattelandscommunes, de kibboetsen, poogden een alternatieve samenlevingsvorm te realiseren die niet op het verwerven van persoonlijk eigendom was gebaseerd. Dit werd verwerkt in de posters: veel posters idealiseerden dan de kibboets en zijn bewoners, én de organisaties die dat faciliteerden, zoals de invloedrijke vakbond Histadrut. De hardwerkende gemeenschappen, met name op het platteland, bevorderden het ideaal van saamhorigheid en sociale cohesie; de terugkeer naar de Gemeinschaft; of zoals het zionistische narratief luidde, een terugkeer naar het land van de voorouders ter vervulling van een eeuwenoude belofte. In de periode tussen 1900 en 1956 zien we zowel breuken als een continuïteit in de beeldrepresentatie. In de eerste posters zien we dat de religieuze symboliek een belangrijke plek inneemt om de seculiere opvattingen van het zionisme met een religieus aura te omringen. Hoewel later nog wel religieuze verwijzingen werden gebruikt werd er vanaf de jaren dertig de nadruk gelegd op land, arbeid en (bijbehorende) socialistische waarden. Ook in dit geval ging het om herkenbaarheid, maar dan voor Joden die bekend waren met de socialistische ideeën en waarden. Mede dankzij de grote invloed en macht van de arbeidersbeweging bleven de socialistische kenmerken zichtbaar op de posters, ook na de stichting van de staat Israël. Na de oprichting van de Joodse staat krijgen posters een geritualiseerd karakter en is er sprake van continuïteit.

, , , , ,
D.Douwes, H.B. Harmsen
hdl.handle.net/2105/32548
Maatschappijgeschiedenis / History of Society
Erasmus School of History, Culture and Communication

A. el Hamidi. (2015, July 31). ‘Visit Palestine’. Maatschappijgeschiedenis / History of Society. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/32548