De Nederlandse historische speelfilm doet goede zaken in de Nederlandse bioscopen. De film Michiel de Ruyter is hier het meest recente voorbeeld van. Ook films als Zwartboek en De storm hebben het in het nabije verleden goed gedaan in de Nederlandse bioscopen. Dat deze films goed bekeken worden staat buiten kijf, maar hoe deze films bekeken worden is veelal een raadsel. Deze films tonen, op hun eigen manier, een stukje van de Nederlandse geschiedenis, maar onderwerpen deze eerst aan de nodige dramatisering. Er is veel geschreven over wat deze dramatisering betekent voor de historische lading van de film en de potentiele educatieve waarde die deze films vervolgens kunnen hebben, maar niet over hoe de doorsnee kijker vervolgens kijkt naar deze historische lading, of welke culturele waarde deze films kunnen hebben buiten hun historische lading om. Voor dit thesisonderzoek is dan ook niet alleen onderzocht hoe historici, filmrecensenten of het doorsnee publiek naar deze films kijkt, maar is onderzoek gedaan naar alle drie deze publiekssegmenten, om een beeld te schetsen van welke elementen zij belangrijk vinden aan deze films en hoe zij de waarde van deze cultuurproducten bepalen. De onderzoeksvraag luidde dan ook: Hoe waarderen historici, filmrecensenten en het publiek Nederlandse historische speelfilms? Om deze onderzoeksvraag te beantwoorden is een kwalitatieve analyse uitgevoerd op drie verschillende soorten bronnen. Er zijn historici geïnterviewd en filmrecensies en publieksreacties verzameld op internetfora, welke allemaal zijn gebruikt om inzicht te verwerven in de manier waarop deze drie groepen naar deze films kijken. Waar voorafgaand aan dit onderzoek verwacht werd dat er een duidelijk scheiding te zien zou zijn tussen hoe de drie publiekssegmenten historische speelfilms waarderen, bleek achteraf dat er veel overlap te vinden was tussen wat historici, recensenten en doorsnee kijkers van belang vinden in deze films. Historici vinden de historische lading van een speelfilm uiteraard van belang, maar begrijpen de noodzaak voor de filmmaker om bepaalde zaken aan te passen en te dramatiseren. Recensenten kunnen ook veel belang hechten aan het historische verhaal van een film, maar zullen uiteindelijk toch de kwaliteit van het product op zich het belangrijkst vinden. Afsluitend is het doorsnee publiek net zo kritisch over de kwaliteit van de films als een recensent, maar kan ook veel waarde hechten aan de manier waarop de geschiedenis in beeld gebracht wordt. Er blijken geen eenduidige manieren van filmkijken te zijn tussen deze drie groepen te zijn wanneer het om historische speelfilms gaat. Wanneer de aftiteling over het scherm rolt, iedereen in het publiek met vrijwel dezelfde ogen naar dezelfde film heeft gekeken.

, , , ,
B.C.M. Kester, A.F.M. Krijnen
hdl.handle.net/2105/32678
Media en Cultuur
Erasmus School of History, Culture and Communication

S.F. van Riet. (2015, July 9). Geschiedenisles, kunst of vermaak?. Media en Cultuur. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/32678