Van de buurvrouw tot Emma Watson: iedereen lijkt er tegenwoordig mee bezig te zijn. De boeken over het onderwerp liggen veelvuldig in de schappen, er komen steeds meer trainingscentra en de kosten voor zo’n training of mindfulness-workshop worden zelfs vergoed door de verzekeraars. Waar het onderwerp vroeger als ‘zweverig’ gezien werd wegens de meditatieve lifestyle, zijn nu zelfs de meest nuchtere mensen betrokken bij het ‘leven in het nu’. Dat ‘leven in het nu’ is nog maar één van de kenmerken van mindfulness, ook wel beschreven als een eenvoudige vorm van meditatie of levenshouding, die je aandacht bij het moment houdt. Het gaat er hierbij om dat je je even niet mee laat slepen door de constante stroom van gedachten in je hoofd. Als je ze gewoon als een trein voorbij laat gaan zonder er een oordeel aan te hangen, word je een stuk rustiger. Voor de historische Boeddha van 2500 jaar geleden was dit een belangrijk element om de ultieme kalmte en harmonie, ofwel: nirwana (letterlijk ‘bekoeldheid’) te behalen (Brookhuis, 2011). De oosterse invloeden van mindfulness zijn onder andere door monniken als de uit Vietnam afkomstige zenleraar Thich Nhat Hanh in het Westen beland. Een andere belangrijkere grondlegger van mindfulness in het Westen (met name in de gezondheidszorg) is de Amerikaanse psycholoog Jon Kabat-Zinn. Hij is ervan overtuigd dat meditatie en de kwaliteit van aandacht een cruciale rol kunnen spelen in het genezingsproces van mensen. Mindfulness werd op die manier gevormd op basis van een samensmelting van oosterse wijsheden en westerse psychologie. Maar niet alleen in de gezondheidszorg is mindfulness aanwezig, tegenwoordig ook op de werkvloer, in het onderwijs of gewoon bij je thuis. Vooral sinds de ontkerkelijking heeft doorgezet, en de maatschappij steeds individualistischer werd, groeide de behoefte voor nieuwe spirituele trends en daarmee de populariteit van een ‘methode’ als mindfulness. De media hebben in dit popularisatieproces ook een invloed. Elke dag lezen we berichten en zien we beelden uit de samenleving. Ze bereiken ons via diverse mediakanalen zoals de krant, televisie, radio, het internet en hebben een groot effect op hoe wij denken over de wereld waar we op dat moment in leven. De media spelen dus een grote rol in de beeldvorming van ontwikkelingen en verschijnselen, maar niet altijd op de meest werkelijke manier. Zo kunnen de media er voor kiezen om bepaalde (nieuws)elementen juist wel of juist niet te belichten (De Vreese, 2005). Dit proces wordt framing genoemd. Dat mindfulness, als opkomende trend in de westerse cultuur, als geaccepteerde praktijk in de samenleving wordt ervaren, zou volgens deze laatste theorie het gevolg kunnen zijn van de steeds groter groeiende media-invloed, omdat het publiekelijk perspectief dat wij hebben tegenover verschijnselen als mindfulness voor een groot deel gevormd worden door de media. In dit onderzoek wordt dan ook geanalyseerd in welke termen er in de media over mindfulness gesproken wordt, en of het überhaupt nog wel over de oosterse filosofieën gaat, en met name het boeddhisme, die ten grondslag liggen aan deze nieuwe trends. In andere woorden, in hoeverre is mindfulness verwesterd? Welke specifieke bronnen (ook wel ‘primary definers’) worden aangehaald in de media die het discours rondom mindfulness definiëren? Ofwel: hoe dragen de media bij aan het populariseren en acceptabel maken van een oorspronkelijk oosters fenomeen in een westerse samenleving?

, , , , , , , , , , , ,
B.C.M. Kester, M.N.M. Verboord
hdl.handle.net/2105/34925
Media & Journalistiek
Erasmus School of History, Culture and Communication

E. Peper. (2016, June). Beeldvorming van mindfulness in de media. Media & Journalistiek. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/34925