In dit werkstuk worden drie denkers samengebracht die de mogelijkheid van filosoferen zonder oordeel verkennen: Nietzsche, Artaud en Deleuze. Nietzsche wil af zien van een dialectische positie van het moderne subject zodat alleen wreedheid van taal blijft. Verlies van levenskracht door oordelen wil Artaud in een theater van de wreedheid vermijden. Werkelijk ophouden met oordelen kunnen we volgens Deleuze door het oordeel te vervangen door een non-organische levenskracht, door strijd. Deleuze ziet niet een modern subject, maar verschillende verlangensmachines, gekoppeld op basis van verlangen, gemis. Verlangen is bij Deleuze net als denken, willen, voelen een produktieproces en niet een handeling.