Je kunt van nature niets op religieus gebied of je kunt, als je maar wilt, alles. Het is precies deze tegenspraak die mij inspireerde deze scriptie te schrijven. Want beide uitspraken zijn in onze tijd gedaan. Ze tonen zich bovendien erfgenaam van twee totaal andere tradities, die echter volgens de Canadese filosoof Charles Taylor wel tot dezelfde bron zijn te herleiden: de Reformatie. De historische ontwikkeling van deze tradities is in deze scriptie nagegaan. De eerste kan de puriteins-piëtistische traditie genoemd worden, de tweede kunnen we de traditie van het onthechte zelf noemen. Ik heb dit gedaan door eerst een beschrijving te geven van de ontwikkeling van het moderne, ‘onthechte’ zelf en daarna een beschrijving te geven van het gereformeerd piëtisme (in wezen het Nederlands puritanisme, wat zelf Engels van oorsprong is maar er is sprake van een zelfde theologisch bekeringsmodel en gebruik dezelfde geschriften), met daarbij veel aandacht voor de rol van het bekeringsmodel en de bekeringsgeschiedenis. Tenslotte heb ik in religieuze autobiografieën van gereformeerde piëtisten onderzocht of de ontwikkeling van het moderne onthechte zelf hier ook te ontdekken valt. Uit dit onderzoek valt te concluderen dat het zelfbeeld van de gereformeerde piëtisten door de eeuwen heen altijd puriteins- piëtistisch is gebleven maar in sommige gevallen wel duidelijk sporen toont van de tijd waarin het tot stand kwam. De conclusie moet bescheiden zijn omdat ik slechts enkele tientallen bronnen heb kunnen bestuderen. Het is echter wel duidelijk geworden dat de gereformeerde piëtisten in Nederland weliswaar al zo’n driehonderd jaar een afgezonderde groep vormen maar ze zich geenszins compleet van de buitenwereld hebben afgesloten waarbij vooral is opgevallen hoezeer ze met name in de negentiende eeuw beïnvloed zijn door de Romantiek in hun van emoties doorspekte bekeringsgeschiedenissen. Opvallend genoeg nam juist dit aspect in de twintigste eeuw sterk af, waarbij de bekeringsgeschiedenissen steeds meer begonnen te lijken op een sterk geformaliseerd bekeringsmodel, wat kan wijzen op een musealisering van de puriteins-piëtistische traditie in Nederland, die heden ten dage aangeduid worden als bevindelijk gereformeerd.

, , ,
J.A. Baggerman, M.F. van Dijck
hdl.handle.net/2105/41338
Maatschappijgeschiedenis / History of Society
Erasmus School of History, Culture and Communication

H.J. Moeliker. (2017, November 27). Het bekeerde zelf: Een onderzoek naar de genealogie van het zelf in bevindelijk gereformeerde bekeringsgeschiedenissen: 1700-heden. Maatschappijgeschiedenis / History of Society. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/41338