Binnen grote ondernemingen is intern ondernemerschap een belangrijke motor voor innovatie en het draagt in hoge mate bij aan het innovatieve vermogen van de onderneming. Bestaand onderzoek is echter vrijwel uitsluitend toegespitst op intern ondernemerschap in grote bedrijven. Daardoor is er relatief weinig bekend over de werking van intern ondernemerschap binnen kleine bedrijven. Anders dan grote ondernemingen zijn kleine ondernemingen door hun omvang, flexibiliteit en structuur van nature al sterke innovators. Er geldt een andere dynamiek en intern ondernemerschap zal hier anders ontwikkeld en beoefend dienen te worden. Door een gebrek aan kennis laten ondernemers kansen liggen. Dit exploratieve onderzoek heeft dan ook tot doel het verkrijgen van inzicht, kennis en gedetailleerde informatie over hoe mkb-ondernemingen in Nederland omgaan met intern ondernemerschap en welke resultaten het voor hen kan opleveren. Middels case study is een serie van 8 semigestructureerde interviews uitgevoerd met ondernemers (CEO’s/DGA’s) en intern ondernemers van 4 verschillende mkb-bedrijven. De interviews zijn opgebouwd uit binnen de literatuur gedestilleerde thema’s. Omdat de sector invloed heeft op de mate van innovativiteit (De Jong, 2009) is ervoor gekozen dat alle bedrijven werkzaam zijn binnen een andere sector. Op deze wijze wordt een zo breed mogelijk begrip opgedaan van de werking van en de resultaten van intern ondernemerschap in kleine bedrijven. De resultaten van de verkende thema’s zijn via cross-sectioneel onderzoek vergeleken met de bevindingen uit de literatuur. Hierbij is getracht trends, verschillen, parallellen en patronen te identificeren. De belangrijkste conclusies kunnen daarmee nieuwe inzichten bieden aan andere bedrijven in het mkb. Zo blijkt dat intern ondernemend gedrag van medewerkers regelmatig voorkomt binnen kennis- en afnemersgedreven sectoren. Binnen deze sectoren is intern ondernemerschap van onmisbaar belang voor de commerciële en financiële resultaten van de onderneming. Tevens blijkt dat intern ondernemerschap een organisch vormend proces is dat niet gepland of geformaliseerd wordt. Onder beïnvloedbare omstandigheden komt het proces van nature op gang. En er is een positieve correlatie gevonden tussen de mate van ontvankelijkheid van de ondernemer en de strategische scope van het bedrijf. Het onderzoek toont daarnaast een verband aan tussen dienstverlenende bedrijven en beloningen. Intern ondernemers binnen dienstverlenende bedrijven ontlenen graag status aan ondernemend gedrag en waarderen promoties het hoogst. Statusverhogende beloningen kunnen op die manier een positieve bijdrage leveren aan de vorming van intern ondernemerschap. Tot slot blijkt uit dit onderzoek dat het in de dienstensector voor medewerkers gemakkelijker is om zich als intern ondernemer te profileren. Binnen deze cases is de barrière lager omdat er geen hoge investeringen nodig zijn om het voordeel ervan te laten inzien aan bovengeschikten. Voor toekomstig onderzoek geldt de aanbeveling om verschillende branches en sectoren te onderzoeken om de onderlinge verschillen beter in kaart te brengen en causale relaties aan te tonen.