Samenvatting Deze scriptie beschrijft een onderzoek naar de implementatie van het nieuwe protocol Seksuele Intimidatie en Seksueel Misbruik binnen de Divisie Wonen GehandicaptenZorg (GZ) van Pameijer. Seksuele intimidatie en seksueel misbruik komen overal in onze samenleving voor, dus ook in de gehandicaptenzorg. Het wordt daarbij de laatste jaren steeds duidelijker dat seksueel misbruik van mensen met een handicap geen incidenteel verschijnsel is. In de gehandicaptenzorg is men dan ook al geruime tijd bezig zijn met de ontwikkeling van beleid ten aanzien van seksualiteit en (de preventie van) seksuele intimidatie en seksueel misbruik. In de praktijk blijkt echter dat de implementatie van dit beleid nog verre van optimaal is. De directe aanleiding voor dit onderzoek is gelegen in de recente implementatie van het protocol en de vraag naar verdere beleidsontwikkeling gericht op preventie. Om tot beantwoording van de onderzoeksvragen te komen, is zowel kwantitatief als kwalitatief onderzoek verricht. In de kwantitatieve analyse is middels vragenlijstonderzoek een beeld gevormd van de kennis, vaardigheden en attitude van de medewerkers. Tevens is er onderzoek verricht naar de sturing in de organisatie en de mogelijk belemmerende en bevorderende factoren ten aanzien van de implementatie van het protocol. In het kwalitatieve deel van het onderzoek is middels diepte-interviews aanvullende informatie verzameld. De kwantitatieve en kwalitatieve resultaten zijn vervolgens gekoppeld aan de theorie om de onderzoeksvragen te beantwoorden. Hierbij blijkt dat het Protocol Seksuele Intimidatie en Seksueel Misbruik in wisselende mate geïmplementeerd is in de Divisie Wonen GZ. De interventies uit het implementatieplan zijn niet volledig uitgevoerd. De helft van de respondenten geeft aan slechts enigszins of niet op de hoogte te zijn van het nieuwe protocol. Er blijken daarnaast verschillen te bestaan in de kennis, vaardigheden en attitude van de verschillende respondenten. Ook de gemiddelde scores van de verschillende woonvormen lopen uiteen. Verder valt op dat de rol van de teamleider cruciaal is wanneer het gaat om de implementatie van een dergelijk protocol en de bijbehorende werkwijze. Implementatie richt zich op het integreren van beleid in de routines van medewerkers en verankering van het beleid in de organisatie. Binnen Pameijer heeft men uitgebreid beleid ontwikkeld ten aanzien van seksualiteit en (de preventie van) seksuele intimidatie en seksueel misbruik. Het ontbreekt echter aan een kritische diagnose van de doelgroep en de setting op basis waarvan men de implementatie van het beleid vorm kan geven. Momenteel blijkt er sprake te zijn van een discrepantie tussen de schriftelijke vaststelling van beleid en de daadwerkelijke implementatie ervan. Dit vraagt om adequate sturing. Vastlegging in de overlegstructuur is onontbeerlijk om het onderwerp seksualiteit en (de preventie van) seksuele intimidatie en seksueel misbruik goed op de agenda te zetten. Ook dient men aandacht te hebben voor de belemmerende en bevorderende factoren. Op die manier moet het beleid een plek krijgen in de dagelijkse praktijk en wordt het een continu proces.

, , ,
Sttrating, M.M.H., Bal, R.A.
hdl.handle.net/2105/4355
Master Zorgmanagement
Erasmus School of Health Policy & Management

Brouwer, M. (2007, July 31). Implementeren? Met beleid aan de slag!. Master Zorgmanagement. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/4355

Additional Files
BrouwerM.pdf Final Version , 433kb