De Nederlandse bevolking vergrijst in hoog tempo, en dat gaat gepaard met diverse uitdagingen voor de ouderenzorg. Een oplossing voor het groeiende aantal zorgbehoevenden tegenover een dalende zorgcapaciteit kan worden gevonden in robotisering. Het doel van dit onderzoek, is om verklaringen te vinden voor de acceptatie van sociale robots in de thuisomgeving, die kunnen worden ingezet om eenzaamheid onder ouderen te voorkomen en healthy ageing te bevorderen. Uit de analyses blijkt dat het verwachte nut en bruikbaarheid (Expected Usefulness) en de invloed van de sociale omgeving (Social Influence) de acceptatie van de sociale robot(s) het best verklaren. De verwachte sociale vaardigheden van de robot (Expected Sociability) bleek van enige invloed op acceptatie, evenals het geslacht van de respondent (Gender) en de ervaring met de robot(s) of soortgelijke technologie (Experience). Het verwachte gebruiksgemak (Expected Ease of Use) en het voorkomen van de robot (Perceived Appearence) geven geen verklaring voor de acceptatie van sociale robots in de thuisomgeving. De mate van zelfstandigheid en het aantal kenmerken van de robots bleek gedeeltelijk verklarend te zijn voor mate van acceptatie: de robot met de laagste zelfstandigheid en het minst aantal kenmerken, bleken de respondenten het minst graag in huis te nemen. Dit onderzoek is uitgevoerd door middel van surveyonderzoek onder Nederlanders tussen 55 en 70 jaar. De survey is gebaseerd op het Unified Theory of Acceptance and Use of Technology (UTAUT) model van Venkatesh et al. (2003) en het Almere model van Heerink (et al., 2010). De factoren en vragen zijn aangepast aan het onderwerp van dit onderzoek: sociale robots in de thuisomgeving.

Dr. V.M.F. Homburg, Prof.dr. V.J.J.M. bekkers, Prof.dr. W.E. Ebbers
hdl.handle.net/2105/47340
Public Administration
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

Wassink, A.M. (2019, March 11). Heeft u er al één in huis?. Public Administration. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/47340