Aan sport wordt door veel beleidsmakers een verbroederende functie toegeschreven. Zo ook door de Nederlandse overheid. Via het overheidsprogramma ‘Meedoen allochtone jeugd door sport’ heeft het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zich ten doel gesteld de sportparticipatie van allochtone jongeren te verhogen. Een toenemende sportparticipatie moet bijdragen aan de integratie (en opvoeding) van allochtone jongeren. De visie van de Nederlandse overheid is erg optimistisch. Middels het afnemen van semigestructureerde interviews onder sportbeoefenaars en het observeren van sporters voor, tijdens en na de sportbeoefening, wordt in deze scriptie onderzocht in welke mate er daadwerkelijk sprake is van interetnisch contact in de sport. Ook wordt gekeken of het interetnisch contact leidt tot een toename van solidariteit tussen sporters met een verschillende etnische achtergrond. De eerste centrale onderzoeksvraag Is er sprake van interetnisch contact in de sport? blijkt bevestigend beantwoord te moeten worden. Etnische scheidslijnen spelen binnen de onderzochte sportverenigingen geen belangrijke rol. Interetnisch contact is vrijwel uitsluitend van positieve aard en tussen sportbeoefenaars met een verschillende etnische achtergrond is er sprake van acceptatie, gelijke behandeling en wederzijds respect. De positieve effecten van gezamenlijke sportbeoefening moeten echter niet overschat worden. Uit de interviews blijkt dat bijna de helft van de sporters niet gelooft dat gezamenlijke sportbeoefening op de eigen vereniging een effect heeft op wederzijds respect. Ook geeft geen van de respondenten aan als gevolg van contact in de sport anders over mensen met een andere etnische achtergrond te zijn gaan denken. Gezamenlijke sportbeoefening leidt slechts tot op bepaalde hoogte tot affectieve relaties. Het aantal vriendschappen in het algemeen, en ‘interetnische vriendschappen’ in het bijzonder, dat ontstaat op de sportverenigingen blijkt beperkt te zijn. De tweede centrale onderzoeksvraag Leidt interetnisch contact in de sport tot een toename van solidariteit tussen sporters met een verschillende etnische achtergrond? kan niet eenduidig beantwoord worden. Uit de bevindingen in dit onderzoek blijkt dat interetnisch contact niet vanzelfsprekend leidt tot een toename van verbondenheid.

, , , ,
Veld, Dr. Th., Snel, Dr. E.
hdl.handle.net/2105/5054
Sociology
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

Everaars, F.R. (2009, April 16). Interetnisch contact en solidariteit in de sport. Sociology. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/5054