In dit onderzoek werd advies gegeven gericht aan de publieke sector. Hierbij werd uiteindelijk antwoord gegeven op de volgende onderzoekvraag: “op welke wijze ervaren young professionals een purpose gap in de Nederlandse arbeidsmarkt binnen de publieke sector en hoe kunnen publieke organisatie deze purpose gap dichten?”. Alvorens dat het advies werd opgesteld, werd eerst wetenschappelijk onderzoek verricht. Binnen dit onderzoek werd purpose gedefinieerd als: ‘De intrinsieke motivatie die young professionals ervaren om doelen en uitdagingen aan te gaan die een bijdrage leveren aan een groter geheel’. Met young professionals werden ‘individuen bedoeld die tussen de 20 en 35 jaar zijn, die minimaal hbo-geschoold zijn en zich nog in hun eerste of tweede carrièrestap bevinden’. Uit het literatuuronderzoek kwam naar voren dat publieke organisaties te kampen hebben met de purpose gap, omdat er binnen de organisaties nog oude werkstandaarden worden gehanteerd. Deze standaarden komen vaak niet overeen met wat de young professionals nodig hebben voor de voortgang van hun carrière. Dit onderzoek is gestructureerd aan de hand van vier deelvragen. In het eerste deel van dit rapport werden de eerste drie deelvragen beantwoord: • Wanneer ervaren de young professionals een gevoel van purpose binnen de publieke sector? • Welke werk-attributen vinden de young professionals belangrijk? • Welke werk-attributen worden gefaciliteerd binnen de publieke sector? Hieruit zijn negen hypotheses naar voren gekomen die een voorspelling gaven over de directe en indirecte voorspellers van ervaren purpose (zie paragraaf 5.4). Om deze hypotheses te toetsen is binnen dit onderzoek gebruik gemaakt van meervoudige regressieanalyses, correlatieanalyse en een hierarchical multiple regression analysis. De kwantitatieve data werd door een online vragenlijst verkregen. Dit onderzoek heeft een cross-sectioneel ontwerp. Hierbij werd ook gebruik gemaakt van een non-probability sampling-methode. Totaal deden er 160 respondenten mee aan het onderzoek. Uit de respondenten check is gebleken dat 23 respondenten toch niet voldeden aan de opgestelde voorwaarden. Deze respondenten werden niet meegenomen in de analyse. Hierdoor werd de steekproef verkleind naar 137 respondenten. De leeftijd van deze respondenten lag tussen 20 en 35 jaar (M = 27.26, SD = 4.54). De man-vrouwverdeling bedroeg 29.2% man (n = 40) en 70.8% vrouw (n = 97). Uit de data-analyse kwam naar voren dat de volgende werk-attributen: een vrije werkomgeving, een samenwerkende cultuur, een ondersteunende leeromgeving en PSM significante positieve directe voorspellers waren voor de ervaren purpose van young 5 professionals. De volgende werk-attributen leverden significant een indirecte positieve of negatieve bijdrage aan de ervaren purpose: werkmethode-autonomie en ervaren red tape. Hierbij bleken werk-privé balans en werkindeling-autonomie geen significante voorspellers te zijn van purpose In het tweede deel van dit rapport wordt het laatste deelvraag beantwoord: • Hoe kunnen de gevonden werk-attributen gefaciliteerd worden binnen de publieke sector? Om tot een concreet en wetenschappelijk onderbouwd advies te komen stonden binnen dit hoofdstuk de volgende werk-attributen centraal: een samenwerkende cultuur, een vrije werkomgeving, een ondersteunende leeromgeving, PSM, red tape en werkmethode-autonomie. Uit het eerste deel van dit rapport is namelijk gebleken dat deze werk-attributen de directe of indirecte voorspellers zijn van purpose. Om tot het advies te komen is gebruik gemaakt van een kwalitatieve casestudy door middel van een focusgroep, waaraan vijf mensen hebben deelgenomen genomen die werken binnen de publieke sector. De leeftijd van deze respondenten lag tussen 23 en 61 jaar (M = 33.20, SD = 15.72). De man-vrouwverdeling bedroeg 0% man (n = 0) en 100% vrouw (n = 5). Uit de input van de focusgroep volgde het volgende advies: Tabel 1. Het advies 1. Publieke managers moeten op de werkvloer meer bewustwording creëren van systeemdenken op individueel en organisatorisch niveau. 2. Medewerkers binnen een publieke organisatie moeten de (open) sfeer bespreekbaar houden door met elkaar in dialoog te blijven. 3. Er moet door publiek managers meer strategisch worden nagedacht over het aanbod van trainingen en cursussen voor de werknemers. 4. Publieke managers moeten zorgen dat het gevoel van het dienen van de publieke zaak inherent aanwezig is binnen de publieke organisatie. 5. Publieke managers moeten meer voor een feedback loop zorgen bij de gehanteerde regels en procedures binnen de publieke organisatie. 6. Binnen publieke organisaties moeten werknemers directief gedrag op de werkvloer proberen te voorkomen. Hierbij is het ook van belang dat werknemers weten binnen welk vrijheidskader er gewerkt moet worden.

, , , ,
Dr. H.L. Klaassen, Prof.dr. L. den Dulk
hdl.handle.net/2105/50834
Public Administration
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

Alausy, Answar. (2019, August 29). Een ‘purpose gap’ in de publieke sector: een survey onderzoek naar ‘young professionals’. Public Administration. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/50834