De vaccinatiegraad in Nederland daalt. Een daling van de vaccinatiegraad verhoogt de kans op een uitbraak van gevaarlijke infectieziekten, zoals mazelen of polio. Gemeenten zijn sinds 1 januari 2019 verantwoordelijk voor de uitvoering van het Rijksvaccinatieprogramma (RVP). Als gevolg hiervan hebben gemeenten de wettelijke opdracht gekregen om ervoor te zorgen dat in de eigen gemeente een zo hoog mogelijke vaccinatiegraad wordt nagestreefd. Gemeenten hebben hierbij een beperkte beleidsvrijheid, maar kunnen wel degelijk lokale acties inzetten om aan deze opdracht te voldoen. Uit de theorie van March en Olsen (1989) komt naar voren dat het handelen van organisaties gebaseerd is op één van de twee door de auteurs geformuleerde logica’s van actie: the logic of consequences en the logic of appropriateness. Op basis van de wetenschappelijke literatuur zijn verwachtingen voor dit onderzoek geformuleerd, namelijk dat de factoren, de politieke overtuiging, het interne besluitvormingsproces en de institutionele omgeving van invloed zijn op de manier waarop lokale overheden invulling geven aan de beleidsvrijheid die zij hebben bij de uitvoering van een gedeelte van het RVP. Deze verwachtingen zijn in dit onderzoek getoetst. De onderzoeksvraag hierbij luidde als volgt: Hoe willen lokale overheden invulling geven aan de beleidsvrijheid binnen de uitvoering van een gedeelte van het Rijksvaccinatieprogramma en welke factoren zijn van invloed op de keuze voor deze invulling? Om de onderzoeksvraag te kunnen beantwoorden zijn acht gemeenten uit vijf verschillende Nederlandse regio’s vergeleken. Dit zijn de gemeenten Alblasserdam, Gorinchem, Dordrecht en Hardinxveld-Giessendam voor de regio Zuid-Holland Zuid, Alphen-Chaam voor West-Brabant, Veenendaal voor Utrecht, Tholen voor Zeeland en Schiedam voor de regio Rotterdam-Rijnmond. Voor dit onderzoek zijn twee kwalitatieve onderzoeksmethoden toegepast, namelijk het uitvoeren van een documentanalyse en het afnemen van semigestructureerde interviews met de verantwoordelijke wethouder, beleidsmedewerker en raadsgriffier van elke gemeente. Uit de empirische bevindingen van het onderzoek komt naar voren dat lokale overheden op twee manieren invulling willen geven aan de beleidsvrijheid die zij hebben bij de uitvoering van een gedeelte van het RVP: als opdrachtgever aan de uitvoeringsorganisaties en/of lokale partners die een rol spelen bij het bevorderen van de vaccinatiegraad en als ambassadeur van het vaccineren. Op basis van de resultaten van het onderzoek kan er worden geconcludeerd dat de factor politieke overtuiging van invloed is op de keuze die lokale overheden maken als het gaat om de invulling die zij (willen) geven aan de beleidsvrijheid bij de uitvoering van het RVP. De invloed van de factor interne besluitvormingsproces is in mindere mate terug te zien. Een mogelijke verklaring hiervoor is de afwezigheid van meerdere, centrale actoren in het interne besluitvormingsproces. De invloed van de factor institutionele omgeving is tevens in mindere mate terug te zien in de keuze voor deze invulling. Bij de factor institutionele omgeving worden drie soorten institutionele druk onderscheiden: regulatieve druk, normatieve druk en cultureel-cognitieve druk. Deze soorten institutionele druk zijn niet bij elke gemeente terug te zien. Een verklaring voor de afwezigheid van regulatieve druk kan onwetendheid zijn over de wet- en regelgeving die er is voor gemeenten bij het vraagstuk van de vaccinatiegraad. Een verklaring voor de afwezigheid van normatieve druk kan zijn dat in veel van de onderzochte gemeenten een grote groep bevindelijk gereformeerde inwoners woont, die juist van mening zijn dat een gemeente zich helemaal niet moet bezig houden met het onderwerp vaccineren. Een mogelijke verklaring voor de afwezigheid van cultureel-cognitieve druk in de institutionele omgeving kan zijn dat de vaccinatiegraad een lokaal percentage is, waardoor gemeenten het bevorderen van de vaccinatiegraad niet zien als gezamenlijke opgave, waardoor er in mindere mate naar het handelen van andere gemeenten wordt gekeken.

Prof.dr. M. Fenger, S.N. Blok MSc.
hdl.handle.net/2105/51018
Public Administration
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

Stege, Laure ter. (2019, September 20). Een dalende vaccinatiegraad: acteren of negeren?. Public Administration. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/51018