Doel: Uit veel onderzoeken blijkt dat cultuur invloed heeft op de kwaliteit en veiligheid binnen een ziekenhuis. Het MUMC+ probeert de kwaliteit en veiligheid van haar zorg al langer te verbeteren door middel van audits. Recentelijk heeft het MUMC+ een nieuw initiatief leven in geblazen, namelijk de SKODA. De primaire doelstelling van dit onderzoek is het uitvoeren van een procesevaluatie van de implementatie van de SKODA. Binnen dit onderzoek worden er verbeterpunten geconstateerd die de SKODA in haar beginfase kunnen bijsturen. Op deze manier verheldert het onderzoek wat er is gebeurd, waarom en tot welke resultaten dit mogelijk leidt. Uiteindelijk is het doel van deze procesevaluatie het vinden van verbeterpunten of aanbevelingen voor de SKODA van het MUMC+, zodat het project in de toekomst eventuele fouten of tekortkomingen uit de weg gaat tijdens de implementatiefase. Verder vervult dit onderzoek ook een wetenschappelijke doelstelling. Binnen dit onderzoek wordt er kwalitatief onderzoek gedaan naar hoe en op welke manier de implementatie van medische audits op een succesvolle wijze kan worden geëvalueerd. Er wordt een specifiek procesevaluatiemodel opgezet, met het doel om de implementatiefase van medische audits in de praktijk te onderzoeken. Op dit gebied vult het onderzoek een theoretische kennislacune. Methode: Dit onderzoek is kwalitatief van aard en betreft een enkelvoudige casestudy. Allereerst is er een literatuurstudie gebruikt om de theorie vorm te geven en toe te spitsen op de medische audit. Vervolgens is het onderzoek verricht met behulp van de methoden documentanalyse, gestructureerde observatie en semigestructureerde interviews. In het totaal zijn er acht observaties uitgevoerd en 39 respondenten geïnterviewd. Resultaten: De resultaten laten zien dat drie van de zeven componenten van het opgezette procesevaluatiemodel, gebaseerd op het evaluatiemodel van Saunders, Joshi & Evans, zijn gerealiseerd in de SKODA (2005). Tevens blijkt dat vier van de zeven componenten tijdens de implementatiefase niet of nauwelijks terug te vinden zijn in de praktijk. Daarnaast blijkt dat de zeven componenten sterk van elkaar afhankelijk zijn en invloed op elkaar uitoefenen. Tot slot wordt geconcludeerd dat de SKODA nog geoptimaliseerd dient te worden voordat zij wordt geïmplementeerd in andere afdelingen. Aanbevelingen MUMC+: Ten eerste wordt geadviseerd om de SKODA-rapportagemethodiek te verbeteren. Door verandering beter te beschrijven en erover te praten, kan dit worden bereikt. Ten tweede wordt aanbevolen rekening te houden met de context waarin het ziekenhuis functioneert. Ten derde wordt aangeraden om de QuickScan vragenlijst te hernieuwen. Hiernaast wordt geadviseerd om de SKODA te herzien op een paar kleine mankementen. Als laatste wordt gesteld dat de SKODA regelmatig moet worden geëvalueerd in de toekomst en dat de organisatie daarbij kritisch moet blijven. Aanbevelingen voor vervolgonderzoek: De eerste aanbeveling voor vervolgonderzoek is kwantitatieve toetsing van het opgestelde procesevaluatiemodel. Ten tweede wordt door de onderzoeker aangeraden om de SKODA te evalueren op beleidsuitkomsten. De derde aanbeveling is om de mate van invloed en de samenhang van de zeven componenten van het procesevaluatiemodel op elkaar te toetsen.

, , , , , , , ,
Dr. P.K. Marks, Dr. S. Keulen
hdl.handle.net/2105/51031
Public Administration
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

Joosten, Mike. (2019, September 20). Weg met controlfreaks en achtergrondturfers. Public Administration. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/51031