Niemand voor de klas

Het lerarentekort is een groot probleem in Nederland. Een probleem dat naar verwachting in de toekomst nog groter zal worden met het verder oplopen van de lerarentekorten. Met name in de grote steden ligt de urgentie van het lerarentekort hoog. In dit onderzoek is gekeken naar de situatie in Rotterdam en Den Haag en is onderzocht welke schoolkenmerken van invloed zijn op het aantal openstaande en verborgen vacatures. Het theoretische raamwerk dat hierbij centraal stond was de Job Choice Theory van Behling, Labovitz en Gainier (1968). Deze theorie onderscheid drie perspectieven waarbinnen het baankeuzegedrag van mensen verklaard kan worden: het objectieve perspectief, het subjectieve perspectief en het kritische contact perspectief. De schoolkenmerken zijn onderzocht door gebruik te maken van kwantitatieve en kwalitatieve onderzoeksmethoden. Kwantitatief is gebruik gemaakt van de gegevens die de gemeenten Rotterdam en Den Haag hebben uitgevraagd bij de schoolbesturen en scholen. Kwalitatief zijn er diepte-interviews gehouden met onderwijsprofessionals en leraren uit Rotterdam. De resultaten van dit onderzoek laten zien dat met name subjectieve factoren als het leiderschap van een school(bestuur), de wijk waarin een school staat en het teamklimaat en kritische contact factoren als het imago van een school en de klik tussen een leraar en een school van invloed zijn op het baankeuzegedrag van leraren. Op basis van de resultaten zijn er enkele aanbevelingen geformuleerd op schoolniveau en schoolbestuursniveau. De eerste aanbeveling wijst op het belang van het investeren in een goed teamklimaat, aanbeveling twee gaat over het hebben van oog voor (de wensen van) leraren en het creëren van vertrouwen, aanbeveling drie gaat in op het leiderschap van schooldirecteuren/schoolleiders en aanbeveling vier heeft betrekking op het imago van het schoolbestuur en de school.