2020-07-13
IK ZORG. nog wel even
Publication
Publication
Een onderzoek onder personeel van een zorgorganisatie naar het verband tussen leider-volger relatie en vertrekintentie en de rol die Public Service Motivation-fit hierbij speelt.
In dit mixed-methods onderzoek zijn de personeelstekorten in de zorg het vertrekpunt. Aan relevantie en actualiteit bij dit probleem geen gebrek. De uitbraak van een wereldwijde griepepidemie ten tijde van dit onderzoek deed maar weer beseffen hoe onmisbaar verpleegkundig en verzorgend personeel is. De vele openstaande vacatures en hoge uitstroom vragen dan ook om actie. Met dit onderzoek is getracht een steentje bij te dragen door te kijken naar het effect van twee factoren op de intentie van het personeel van een zorginstelling om de werkgever of zelfs de gehele sector te verlaten. De eerste factor betreft de kwaliteit van de relatie tussen werknemer en leidinggevende, wat in de literatuur bekend staat als the theory of Leader-Member Exchange (LMX). De andere factor is Public Service Motivation(PSM)-fit. PSM wordt omschreven als de oriëntatie van een individu op het leveren van diensten aan mensen met als doel goed te doen voor anderen en de samenleving. Dat de literatuur na jaren van onderzoek naar het directe effect van PSM nog altijd inconsistenties vertoond, deed het vermoeden doen rijzen dat een omgeving die bij de motivatie aansluit, wenselijk is, hetgeen waarnaar fit refereert. In dit onderzoek wordt ook nagegaan of een combinatie van scores op beide variabelen doorwerkt op vertrekintentie. De volgende vraag staat in dit onderzoek centraal: In hoeverre beïnvloedt Leader-Member Exchange de vertrekintentie van personeel binnen de Zellingen en welke rol speelt Public Service Motivation-fit in deze relatie? De verzamelde data wijst uit dat LMX negatief samenhangt met vertrekintentie, wat na het bestuderen van bestaande literatuur ook de verwachting was. De resultaten van dit onderzoek liggen daarentegen niet in lijn met de bestaande PSM-literatuur. Het al dan niet ervaren van een PSM P-O of P-J fit blijkt niet van betekenis te zijn. Zoals bij ieder onderzoek, zijn ook bij deze kanttekeningen te plaatsen. Zo is de kans aanzienlijk dat het COVID19-griepvirus niet alleen de relevantie van het onderzoek heeft benadrukt, maar ook de resultaten heeft beïnvloed. De uitbraak van het virus leidde ook tot het besluit de onderzoekspopulatie breder te trekken dan verpleegkundig en verzorgend personeel, hetgeen op voorhand het idee was. Met oog op het doel van het onderzoek en de aanbevelingen is het tevens relevant te melden dat de verklaarde variantie blijk geeft van veel meer factoren die samenhangen met vertrekintentie. Op basis van de bevindingen zijn zowel richting de wetenschap als de opdrachtgever aanbevelingen opgesteld. Vervolgonderzoek kan bijvoorbeeld nog ingezet worden om meer duidelijkheid te verschaffen over de gevolgen van een hoog LMX. De opdrachtgever wordt onder andere aangeraden om het functioneren van leidinggevenden te laten beoordelen door werknemers, te kijken naar mogelijke manieren om de rol van leidinggevende intern anders te organiseren en aandacht te schenken aan de behoeften van de in dienst zijnde verpleegkundigen.
Additional Metadata | |
---|---|
Prof. dr. L. Den Dulk, Dr. B. Vermeeren | |
hdl.handle.net/2105/56296 | |
Public Administration | |
Organisation | Erasmus School of Social and Behavioural Sciences |
Rosanne van der Bas. (2020, July 13). IK ZORG. nog wel even. Public Administration. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/56296
|