Achtergrond Het ministerie van Defensie kampt met een tekort aan personeel voor hoe de huidige formatie eruit ziet, zo wordt beschreven in de Defensievisie 2035. Tegelijkertijd wordt gesteld dat er onvoldoende nieuw personeel binnenstroomt. Eind 2021 wil de Algemene Rekenkamer daarom onderzoek verrichten naar de effectiviteit van de werving en aanstelling bij deze organisatie. In deze scriptie is daarom onderzocht welke factoren de employer attractiveness, de aantrekkelijkheid van een organisatie als werkgever, beïnvloeden. De krijgsmacht heeft immers nieuw en jong personeel nodig om haar hoofdtaken uit te kunnen blijven voeren. De focus ligt daarom op Nederlandse jongvolwassenen die nog niet binnen deze organisatie werkzaam zijn: hoe staan zij tegenover deze organisatie? Doel Het doel van deze masterscriptie is het toetsen van de theorie omtrent employer attractiveness door hypothesen met betrekking hierop te confronteren met data uit een vragenlijst onder Nederlandse jongvolwassenen. Er is nader ingezoomd op de dimensies van employer knowledge: employer familiarity (naamsbekendheid), employer image (imago) en employer reputation (reputatie). Ook is bekeken wat de rol van public service motivation (PSM) en person-organization fit (PO-fit) is bij deze employer attractiveness. PSM wordt gezien als de motivatie van het individu om de publieke zaak te dienen en PO-fit is de mate waarin het individu zijn/haar eigen kenmerken overeen vindt komen met de kenmerken van de organisatie. Ook employer branding, de eerste stap van het op de markt brengen van een organisatie als ‘merk’, is hierbij mogelijk een belangrijke factor. De volgende onderzoeksvraag is daarom opgesteld: Wat is de invloed van employer knowledge, PSM en PO-fit op de aantrekkelijkheid van Defensie als werkgever onder jongvolwassenen en wat is de rol van employer branding hierbij? Methodologie Eerst is een survey uitgezet via eigen sociale mediakanalen. De survey is door 297 Nederlandse jongvolwassenen tussen de 18 en 30 jaar ingevuld. De data is geanalyseerd middels IBM SPSS® Statistics, waarbij verschillende multipele regressieanalyses zijn uitgevoerd om te toetsen of de onafhankelijke variabelen van invloed zijn op de afhankelijke variabele – employer attractiveness. Middels een mediatieanalyse zijn tevens de relaties tussen PSM, PO-fit en employer attractiveness geanalyseerd. Aanvullend op de kwantitatieve resultaten, zijn er drie semi-gestructureerde interviews afgenomen met medewerkers bij Defensie. Dit om achterliggende verklaringen achter de kwantitatieve data te vinden en om te bepalen wat Defensie zoal doet op het gebied van employer branding. Conclusie Uit de resultaten blijkt dat employer familiarity, image en employer reputation een significant positief effect hebben op de employer attractiveness van het ministerie van Defensie. Tegelijkertijd is PO-fit een significante mediator gebleken tussen PSM en employer attractiveness, deze onderlinge relaties veronderstellen eveneens een positief effect. Uit de interviews kwam naar voren dat Defensie veel doet op het terrein van employer branding: er worden bijvoorbeeld themadagen georganiseerd om verschillende doelgroepen te bereiken (bijvoorbeeld lady days voor vrouwen) en Defensie zet velerlei mediakanalen, variërend van televisie tot sociale media, in om jonge mensen te bereiken. De drie respondenten kunnen zich goed vinden in de kwantitatieve resultaten maar benoemen ook andere factoren die bepalend kunnen zijn voor de aantrekkelijkheid van Defensie als werkgever, zoals iemand zijn/haar persoonlijkheid en materiële zaken (salaris, opleidingsmogelijkheden, e.d.). Aanbevelingen De focus in dit onderzoek ligt op jongvolwassenen. Het is voor vervolgverzoek daarom niet ondenkbaar om gerichter onderzoek te doen naar specifieke kenmerken van deze groep, zoals geslacht, seksuele geaardheid of het wel of niet hebben van een migratieachtergrond. Tegelijkertijd valt op te merken dat de vragenlijst op één punt in de tijd is afgenomen, longitudinaal vervolgonderzoek is daarom gewenst om de resultaten van dit onderzoek verder te bevestigen. Het is voor Defensie eveneens relevant om doelgroepenonderzoek uit te voeren over een langere periode, om zo te kunnen bepalen waar het arbeidspotentieel voor deze organisatie zich bevindt.

Dr. R. Bouwman, Prof.dr. S. van Thiel
hdl.handle.net/2105/58575
Public Administration
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

Annieck Wijntje. (2021, August 5). Om te beschermen wat ons dierbaar is. Public Administration. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/58575