Samenvatting De gemeente Rotterdam is in 2018 gestart met een nieuw wijkontwikkelingsprogramma genaamd ‘Veerkrachtig BoTu 2028’. Doel van dit programma is om het sociaal-stedelijk gemiddelde van de wijken Bospolder-Tussendijken (BoTu) binnen tien jaar te laten stijgen naar het gemiddelde van de stad. Daarbij is de ambitie om van Bospolder-Tussendijken de eerste veerkrachtige wijk van Rotterdam te maken. De Veldacademie is als sociale partner verantwoordelijk om de ontwikkelingen in de wijk te monitoren. Om dit programma te kunnen ondersteunen en de veerkracht te versterken, wil de Veldacademie inzicht krijgen in de factoren die co-creatie-initiatieven in de wijken kunnen stimuleren. Het doel van dit onderzoek is om de theorie over co-creatie te construeren en invloedrijke factoren in kaart te brengen die co-creatieprocessen in de wijk kunnen stimuleren. Daartoe is er een most-dissimilar casestudy uitgevoerd op drie heterogene cases in Bospolder-Tussendijken, te weten: de ontwikkeling van het Visserijplein, Schoon & Mooi BoTu en Creatief Beheer in BoTu. Dit heeft geleid tot de volgende conclusies: Allereerst is uit dit onderzoek gebleken dat co-creatie niet plaatsvindt in een vacuüm, maar dat contextuele factoren het co-creatieproces kunnen beïnvloeden. Daarbij is ook gebleken dat voornamelijk de Europese aanbestedingsregels een remmend effect hebben op co-creatieprocessen. Daarnaast is duidelijk geworden dat drie actoren het co-creatieproces kunnen beïnvloeden, te weten: de overheid, de burgers en de (maatschappelijke) organisaties. Uit het onderzoek komt verder naar voren dat de rol van de overheid kan worden geduid aan de hand van vier factoren, namelijk de comptabiliteit van de organisatiestructuren, de houding van ambtenaren, de risicoaverse bestuurscultuur en de prikkels voor co-creatie. Daarbij is gebleken dat een hoge mate van comptabiliteit van de organisatiestructuren een vereiste is om het co-creatieproces te kunnen initiëren. Verder is geconstateerd dat de inhoudelijke clusters binnen de gemeente Rotterdam veelal een risicoaverse bestuurscultuur kennen. Deze cultuur zorgt voor een weinig coöperatieve houding van ambtenaren ten opzichte van co-creatie, waardoor de gemeente co-creatie-initiatieven kan bemoeilijken. 4 Daarnaast kan de rol van de burgers worden bepaald aan de hand van de volgende vier indicatoren: de motivaties van burgers, de kenmerken van burgers, het gevoel van eigenaarschap en de aanwezigheid van sociaal kapitaal. Daarbij is gebleken dat burgers voornamelijk deelnamen aan co-creatieprocessen om de leefbaarheid in de wijk te verbeteren. Verder is naar voren gekomen dat de kenmerken van burgers hoofdzakelijk een rol spelen bij de initiatie van het co-creatieproces. Bovendien is gebleken dat een hoge mate van eigenaarschapsgevoel een stimulerende werking heeft op de bereidheid van burgers om deel te nemen. Voorts kan de rol van de (maatschappelijke) organisaties worden verklaard door de volgende drie factoren: het belang van de organisatie, de organisatorische middelen en de netwerkpositie. Daarbij is vastgesteld dat organisaties met een centrale netwerkpositie in de wijk en die opkomen voor de belangen van de bewoners het co-creatieproces kunnen bevorderen. Vervolgens is uit het literatuuronderzoek gebleken dat Prahalad en Ramaswamy (2004) veronderstellen dat het co-creatieproces dient te voldoen aan vier voorwaarden (dialoog, toegankelijkheid, transparantie en risicoafweging) om waardecreatie te kunnen realiseren. Op basis van het onderzoek kan echter worden geconcludeerd dat alleen de dialoog als een vereiste kan worden beschouwd om waardecreatie te bewerkstelligen. Daarbij kan co-creatie verschillende doelen dienen. Het bereiken van inhoudelijke kwaliteitsverbetering en het verbeteren van de kwaliteit van de dienstverlening worden in de onderzochte cases als voornaamste doelen gesteld. Tot slot is naar voren gekomen dat co-creatieprocessen ook bij kunnen dragen aan het versterken van de legitimiteit van de besluitvorming alsmede aan het stimuleren van gemeenschapsontwikkeling. Hiermee kan het co-creatieproces op zichzelf ook als waardevol worden gezien.

dr. (Rebecca) R.F.I. Moody, dr. (Michael) M. Schreuders
hdl.handle.net/2105/61436
Public Administration
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

Stephan Heijkoop. (2021, August 8). Kan co-creatie worden ingezet als strategie voor een veerkrachtige samenleving? Een onderzoek naar co-creatie in de wijken Bospolder-Tussendijken. Public Administration. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/61436