In dit verkennende onderzoek wordt aan de hand van de Realist Evaluation benadering van Pawson en Tilley (1997) de effectiviteit van het well-being beleid, in het voorkomen van chronische werkstress, van organisatie x geëvalueerd. Dit wordt onderzocht door het well-being beleid aan de hand van het JD-R model te toetsen, en door interviews af te nemen met mensen die betrokken zijn bij een tweetal interventies die binnen het beleid ingezet worden: mindgym events en het gebruik van de app. De beleidstheorie waarop het well-being beleid van organisatie x gebaseerd is, wordt ondersteund door het JD-R model. De interventies fungeren als hulpbron, en zijn zo in staat de kans op chronische werkstress te verlagen. Het beleid kan in de praktijk als effectief beschouwd worden, de volgende mechanismen worden geactiveerd: het creëren van bewustzijn, het zorgen voor motivatie, en het stimuleren van actie richting een betere work-life balance. Dit zorgt ervoor dat werknemers meer tijd aan well-being besteden. Dit is alleen het geval mits er aan bepaalde contextuele factoren voldaan wordt, deze zijn: actieve werknemers, ondersteunende leidinggevenden, een jong en hoogopgeleid werknemersbestand, een stimulerende organisatiecultuur en een ondersteunde rol voor de werkgever binnen het welzijn van haar werknemers. Tot slot worden er aanbevelingen aan organisatie x gedaan, zodat zij haar well-being beleid kan verbeteren, en de effectiviteit in de toekomst kan waarborgen.

, , , ,
Romke van der Veen, Ferry Koster
hdl.handle.net/2105/66504
Sociology
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

Revenboer, M. (2022, August 3). Well-being beleid: de oplossing voor onze chronische werkstress?. Sociology. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/66504