De volgende hoofdvraag staat in deze masterthesis centraal: In hoeverre is bij leerlingen op havo-4 niveau sprake van gedeelde kennis over de Nederlandse geschiedenis en in hoeverre komt deze kennis overeen met de gebeurtenissen/ personen uit de cultureel historische canon van Nederland? We vragen daarbij aan de leerlingen ook waarom ze dat vonden: welke argumenten geven ze om historische gebeurtenissen en kennis significant belangrijk te vinden? Deze gegevens worden vergeleken met de inhoud van de nationale canon. Er wordt gezocht naar overeenkomsten en verschillen tussen wat de leerlingen vertellen en wat de canon voorschrijft. De conclusies van het onderzoek worden tenslotte vergeleken met een vergelijkbaar onderzoek dat recent in het Verenigd Koninkrijk plaatsvond. Deze hoofdvraag wordt in enkele deelvragen geoperationaliseerd: 1. Welke gebeurtenissen en personen uit de Nederlandse geschiedenis vinden deze leerlingen significant en welke betekenis kennen ze toe aan de Nederlandse geschiedenis? 2. Welke argumenten geven zij daarvoor? 3. Welke type samenhangen (verhalen) brengen ze aan? De opzet van dit onderzoek en de interpretatie van de data zijn geïnspireerd door enkele theorieën en theoretische concepten. Het was nodig te weten wat ‘historisch besef’ inhoudt en hoe wij het konden gebruiken bij het trekken van conclusies. Om de deelvragen 1 en 2 te kunnen beantwoorden hebben wij ook het concept ‘historische significantie’ verder uitgediept. Als laatste waren ‘narrative templates’ en het ‘periodisering’ van belang om deelvraag 3 te kunnen beantwoorden.

, , , ,
prof.dr. C. van Boxtel
hdl.handle.net/2105/7478
Maatschappijgeschiedenis / History of Society
Erasmus School of History, Culture and Communication

Heemskerk, J. (2010, June 7). Vroeger was het Oorlog. Maatschappijgeschiedenis / History of Society. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/7478