Jaren geleden, ergens in het midden van mijn studie Bouwkunde, kregen we een lezing over het modernisme. De Bijlmermeer kwam als voorbeeld ter tafel. Een van mijn medestudenten zag de realisatie van deze wijk als een vooropgezet'evil plan' door op macht beluste stedenbouwkundige in die tijd. Ze konden in zijn ogen nooit werkelijk gedacht hebbendat deze ruimtelijke configuratie een succesvolle wijk zou opleveren. Gelukkig hadden de huidige stedenbouwkundigen het veel beter voor met de mensen die in hun creaties moesten wonen, zo was zijn stellige overtuiging. De docent diende hem van repliek, door te wijzen op de tijdsgeest; 'licht, lucht en ruimte' en de scheiding van functies waren in die tijd idealen onder stedenbouwers conform het CIAM-gedachtegoed. De ontwerpers wisten simpelweg niet beter, de Bijlmermeer was in die tijd een succesverhaal. Ik durfde destijds - en nu nog steeds - moeilijk te oordelen. Natuurlijk kende de Bijlmer een aantal ontwerpkeuzes die we met de kennis van nu ter discussie zouden stellen. Toch is het de vraag of de Bijlmer fysiek niet voldeed aan de behoefte van haar bewoners, of dat de wijk eerder ideologisch kapot is gemaakt - tegelijk met de kritiek op het modernisme, waar in korte tijd discursief korte metten mee is gemaakt door onder andere Jane Jacobs - voorafgaand aan de fysieke sloop van een deel van de complexen. Als ik een google-zoekopdracht uitvoer op 'binnenstedelijk bedrijventerrein' gaat grofweg de helft van de resultaten in op succesvolle strategieen voor mening van wonen en werken. Blijkbaar is het 'normaal' dat we bij binnenstedelijke bedrijventerreinen direct spreken over mening met wonen.

, , , , , ,
Berghe, Dr. K. van der (Karel), Verheul, Dr. W.J. (Wouter Jan)
hdl.handle.net/2105/75327
Erasmus School of Economics

Zimmerman, D.B. (Dries). (2024, August 31). Versteende verhalen. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/75327