In de jaren zeventig werd Nederland overspoeld door de tweede feministische golf. Feministen waren aan het begin van de jaren zeventig regelmatig in het nieuws waardoor veel mensen zich een beeld van het feminisme konden vormen. Er werden niet alleen acties en demonstraties gevoerd, maar er vonden ook veranderingen plaats op andere terreinen, zoals in de culturele sector. Er leken meer vrouwelijke schrijvers bekend te worden. In 1976 verschenen twee Nederlandse romans die bestsellers werden en nu gezien worden als feministische cultboeken. De eerste roman is En dan is er koffie van Hannes Meinkema (Hannes Meinkema is een pseudoniem van Hannemieke Stamperius). De tweede, bekendere roman is De schaamte voorbij: een persoonlijke geschiedenis van Anja Meulenbelt. Dit onderzoek is gebaseerd op twee hoofdvragen. De eerste hoofdvraag is of de tweede feministische golf beschouwd kan worden als een sociale beweging. De kenmerken die Charles Tilly geeft aan een sociale beweging: campagne, repertoire en het tonen van waardigheid, eenheid, aantallen en betrokkenheid, zijn allemaal zichtbaar in de tweede feministische golf. De tweede hoofdvraag, waar de nadruk opligt, is hoe de beeldvorming rondom Hannemieke Stamperius en Anja Meulenbelt zich ontwikkeld heeft en hoe de schrijfsters omgingen met dit beeld. Er is gekozen voor deze twee vrouwen omdat Hannemieke Stamperius zich altijd verzet heeft tegen de classificatie een feministische schrijver te zijn. Anja Meulenbelt daarentegen zag zichzelf eerst als feministe en dan pas als schrijver. Om dit te onderzoek is er gebruik gemaakt van geschreven interviews, artikelen en recensies van de twee romans in de periode van 1976 tot het heden. Nog altijd bestaat er een bepaald beeld van feministen. Het stereotype beeld is dat feministen, in tuinbroeken gestoken roepen dat ze tegen mannen zijn. Dit beeld wordt onder meer in leven gehouden door de media. In de tweede feministische golf ontstond een beeld van feministen wat moeilijk te veranderen was. In het begin stond de media nog welwillend tegenover het feminisme. Maar dit sloeg na een aantal jaren om en de beeldvorming werd negatiever. Het feminisme werd steeds meer gezien als fanatiek, anti-man en het nastreven van verkeerde doelen, zoals veranderingen in de privé sfeer. Het is opvallend dat En dan is er koffie als feministisch boek gezien wordt, want in de recensies wordt nergens het feminisme genoemd. Pas toen Stamperius in een interview aangaf feministe te zijn, kwam dit terug in interviews en werden haar latere romans hierop beoordeeld. Vanaf die tijd werd ze ook beschouwd als een feministische schrijver, wat ze volgens haar zelf niet is. Dit ligt anders voor Anja Meulenbelt, die was begonnen met het schrijven over haar feministische bewustwording. Beide vrouwen hebben hun hele carrière te maken hebben gehad met negatieve beeldvorming, wat vooral lijkt samen te hangen met dat ze feministen zijn. Het feit dat ze feministen zijn werd en wordt nog steeds in elk interview aangehaald. Het algemene negatieve beeld van feminisme kan de negatieve beeldvorming rondom beide vrouwen verklaren.

, , , ,
Beunders, prof.dr. H.
hdl.handle.net/2105/8171
Maatschappijgeschiedenis / History of Society
Erasmus School of History, Culture and Communication

Vriezen, K. (2010, August 18). Schrijvende feministen?. Maatschappijgeschiedenis / History of Society. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/8171