In deze afstudeerscriptie is onderzoek gedaan naar de relatie tussen sociale steun en de bereidheid om melding te maken van incidenten met cliënten (MICs). Daarbij werden twee verschillende settingen onderzocht: 1. De Thuiszorg 2. Een intramurale setting Het onderzoek vond plaats bij Vierstroomzorgring, een aanbieder van thuiszorg, verpleeg- en verzorgingshuiszorg, jeugdgezondheidszorg en welzijnsdiensten. Onderzoeksvraag en definities Leidend in het onderzoek was de vraag: Wat is de invloed van setting op de relatie tussen sociale steun en de bereidheid van medewerkers om incidenten bij cliënten te melden? Setting wordt gedefinieerd als de zorg die verleend word/situatie van de medewerker (intramuraal / extramuraal). Setting is geoperationaliseerd in een vraag waar medewerkers werken. Sociale steun wordt gedefinieerd als zijnde: 1. de verwachting die men heeft gesteund te worden 2. de steun die men daadwerkelijk krijgt Er is alleen gekeken naar sociale steun in de werksituatie. Dit is geoperationaliseerd door gebruik te maken van een aantal items: 1. in hoeverre een medewerker steun heeft ervaren van zijn leidinggevende 2. in hoeverre een medewerker steun heeft ervaren van haar collega’s 3. hoe vaak per week een medewerker zijn collega’s en leidinggevende(n) spreekt 4. in hoeverre een medewerker kan rekenen op zijn collega’s 5. in hoeverre een medewerker met zijn problemen terecht kan bij zijn leidinggevende 6. in hoeverre collega’s attent zijn bij ziekte Meldingsbereidheid wordt geoperationaliseerd door gebruik te maken van de COMPaZ vragenlijst. Gemeten is: 1. hoe vaak in het afgelopen half jaar een medewerker MIC meldingen heeft gedaan 2. hoe vaak incidenten die gebeurd zijn ook zijn gemeld 3. hoe vaak incidenten die voorkomen zijn ook zijn gemeld Kwantitatief onderzoek is gedaan door middel van vragenlijsten. Een en dezelfde vragenlijst is uitgezet bij vier teams. Twee intramurale en twee extramurale teams zijn benaderd voor dit onderzoek. De geretourneerde vragenlijsten zijn verwerkt in het programma SPSS. Op basis hiervan zijn een de navolgende analyses gedaan: 1. T-toets 2. Lineaire regressie analyse 3. ANOVA-Toets Resultaten Vragen werden uitgezet bij 122 medewerkers; 51 daarvan hebben gerespondeerd. Dat is een responspercentage van 42%. Uit het onderzoek kwam naar voren dat medewerkers zowel in de intramurale setting als in de thuiszorg veel sociale steun ontvangen maar dat de meldingsbereidheid in de twee groepen wel verschilt. Medewerkers bij de thuiszorg waren significant minder bereid om melding te maken van incidenten dan medewerkers in een intramurale setting. Er is ook gekeken naar de relatie tussen sociale steun en meldingsbereidheid. Er is duidelijk een verband tussen de twee; meer sociale steun leidt tot een grotere meldingsbereidheid. Hoewel er geen duidelijk verband is aangetroffen tussen setting en sociale steun is er wel een duidelijk verband gevonden tussen setting en meldingsbereidheid. De regressieanalyse die gemaakt is, bevat 3 significante modellen. Een daarvan heeft de meeste verklarende waarde. De variabelen die in dit model de meldingsbereidheid verklaren, zijn sociale steun en setting.