Dit onderzoek richt zich op flankerend beleid van gemeenten, inspelend op de gevolgen van een herindeling voor burgerparticipatie. Een herindeling heeft een aantal gevolgen voor burgerparticipatie. Deze gevolgen zijn vertaald in kansen en bedreigingen waarmee gemeenten geconfronteerd worden. Vervolgens is het flankerend beleid van vier gemeenten in kaart gebracht. Centraal in dit onderzoek staat de volgende vraag: Welk flankerend beleid voeren gemeenten om in te spelen op kansen en bedreigingen van een herindeling voor burgerparticipatie? Om te komen tot een beantwoording van deze hoofdvraag, zijn de volgende deelvragen beantwoord: 1. Wat wordt er verstaan onder een gemeentelijke herindeling? 2. Wat wordt er verstaan onder burgerschap en burgerparticipatie? 3. Tot welke kansen en bedreigingen leidt een gemeentelijke herindeling voor burgerparticipatie? 4. Hoe spelen gemeenten in op deze kansen en bedreigingen? In dit onderzoek zijn grofweg twee soorten herindelingen meegenomen, samenvoegingen en toevoegingen. Bij een samenvoeging worden twee of meer gemeenten opgeheven om een nieuwe gemeente te vormen, al dan niet in combinatie met een wijziging van de buitengrenzen. Bij een toevoeging worden een of meer kleine gemeenten opgeheven en toegevoegd aan een grotere gemeente, al dan niet in combinatie met een wijziging van de buitengrenzen. Burgerschap is in dit onderzoek gedefinieerd als “het aanwezige vermogen en de kennelijke bereidheid om je op een of meerdere terreinen van het maatschappelijk leven in te zetten voor de publieke zaak”. Theorieën van burgerschap pleiten ook voor actieve participatie van burgers. Burgerparticipatie is het “op een of meerdere terreinen van het maatschappelijk leven inzetten voor de publieke zaak”. In de literatuur komt naar voren dat een gemeentelijke herindeling zowel voor- als nadelen heeft. In deze scriptie staat de relatie tussen burger en bestuur centraal, met daarin aandacht voor burgerparticipatie. Een gemeentelijke herindeling levert voor gemeenten verschillende kansen en bedreigingen op. Zo liggen er kansen op het terrein van dienstverlening, de dorpsverenigingen, interactief beleid en sociale en politieke diversiteit. De lokale overheid kan inspelen op deze kansen na een gemeentelijke herindeling. Er zijn echter ook bedreigingen na een gemeentelijke herindeling. Zo neemt het vertrouwen van burgers vaak af, net als de belangstelling voor de politiek. Daarnaast neemt de toegankelijkheid van het bestuur af. De korte lijnen tussen burger en lokale overheid vallen vaak weg door de uitbreiding van de gemeente. Na een herindeling blijkt ook de opkomst vaak tegen te vallen. Andere bedreigingen liggen in de sociale representativiteit. Deze neemt af bij een schaalvergroting. Ook missen grotere gemeenten de sociaal-politieke infrastructuur waarin een veelheid aan politieke partijen en actie- en belangengroepen aanwezig is. Na een herindeling neemt het aantal leden van een politieke partij af, en ook de mate waarin leden actief zijn binnen de partij. Daarnaast neemt het aantal voorzieningen vaak af na een herindeling, en neemt de ruimtelijke diversiteit toe. Vervolgens gaat dit onderzoek specifiek in op het flankerend beleid van vier gemeenten: Medemblik, Hardenberg, Zwijndrecht en Geldrop-Mierlo. Elk flankerend beleid is onderzocht met behulp van een procesanalyse. Allereerst is gekeken op welke kansen en bedreigingen het flankerend beleid daadwerkelijk inspeelt. Vervolgens zijn de doelstellingen in kaart gebracht, waarna er gekeken is hoe gemeenten getracht hebben dit te bereiken. Ook is gekeken naar de gevolgen van het beleid en is een evaluatie van het beleid geschetst. Opvallend in de vier casussen zijn de kans en bedreiging waarop elke gemeente inspeelde. Zo besteedde elke gemeente aandacht aan het feit dat het meewerken aan beleid groter is na een herindeling en ook aan de bedreiging van afnemende voorzieningen. Daarnaast maakten de gemeenten, behalve Hardenberg, gebruik van wijkgericht werken. De bevindingen in dit onderzoek resulteren in vier aanbevelingen: 1. Analysekader. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat het oorspronkelijk theoretisch model van kansen en bedreigingen aangepast moet worden. Het aantal kansen en bedreigingen kan worden gereduceerd tot vier kansen en acht bedreigingen die gemeenten in overweging kunnen nemen bij een herindeling. 2. Extern adviseurs. Een extern adviseur blijkt vruchten af te werpen. Ook is het goed om te kijken naar hoe andere gemeenten omgegaan zijn met de gevolgen van herindeling voor burgerparticipatie. 3. Opstart en consistentie van beleid. Al in een vroeg stadium moeten kansen en bedreigingen geformuleerd worden en hierop dientconsistent beleid geformuleerd en geïmplementeerd worden. 4. Monitoring. Het is belangrijk voor gemeenten om stil te staan bij de kansen en bedreigingen van een herindeling voor burgerparticipatie, en de afzonderlijke variabelen in de gemeente te meten.

, , ,
Daemen, Dr. H.H.F.M., Edwards, Dr. A.R.
hdl.handle.net/2105/8514
Public Administration
Erasmus School of Social and Behavioural Sciences

Odinot, I. (2010, November 15). Gemeentelijke herindeling en burgerparticipatie. Public Administration. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/8514