Patiëntveiligheid in de eerstelijnszorg is in Nederland met uitzondering van veiligheid van geneesmiddelengebruik nog geen onderwerp van systematisch onderzoek (de Leeuw et al. 2008). In de eerstelijnszorg is het aantal consulten tussen patiënten en zorgverleners echter vele malen groter dan in de tweedelijnszorg (Sanders et al. 2008). Huisartsen, die circa 80% van de extramuraal gebruikte medicijnen voorschrijven (Vandermeulen et al. 1999), spelen hierbij een sleutelrol (RVZ 2007b). Ongeveer 66% van de huisartsenconsulten resulteert in het voorschrijven van een recept (van Wieren 2009). Personen van 65 jaar en ouder gebruikten in 2008 driemaal zoveel geneesmiddelen als de gemiddelde Nederlander; in 80% van de gevallen chronisch (SFK 2008). Volgens de Smet komt driekwart van de ziekenhuisopnamen voort uit verkeerd voorschrijven (de Feijter 2008). De RVZ beschrijft, dat richtlijnen ten aanzien van het voorschrijven uitgangspunt zijn bij kwalitatief verantwoorde zorg en in juridische zin een professionele standaard vormen (RVZ 2007a). Huisartsen volgen in meerderheid de NHG-Standaarden (Braspenning et al. 2004). Zij worstelen in hun patiëntenzorg vaak met de gevolgen van het onvoldoende op elkaar aansluiten van extra- en intramurale richtlijnen (RVZ 2008). Dit compromitteert met name de medicatieveiligheid van oudere patiënten. Huisartsen zijn zich bewust van de grote(re) gezondheidsrisico’s van nieuwe geneesmiddelen voor deze populatie. Met betrekking tot nieuwe geneesmiddelen informeren zij zich via het NHG, het Geneesmiddelenbulletin en het Farmacotherapeutisch Kompas zorgvuldig over hun klinische risico’s en baten. Nieuw is niet altijd beter! Het ten tijde van registratie ontbreken van specifieke gegevens over hun effectiviteit en veiligheid bij ouderen (met co-morbiditeit) en kinderen ervaren zij als een groot gemis. Het omgaan met de risico’s van nieuwe geneesmiddelen heeft de afgelopen jaren een meer proactief karakter gekregen door enerzijds de beschikbaarheid van Risico Management Plannen bij registratie van een nieuwe geneesmiddel en anderzijds de dynamische en proactieve manier, waarop het LAREB de melding en registratie van bijwerkingen ter hand heeft genomen. Het LAREB Intensive Monitoring systeem is hiervan een voorbeeld. Deze tweesporenaanpak is conform de door de WRR aanbevolen (openheid van de) nieuwe risicobenadering, en vergroot de transparantie betreffende het risico- en veiligheidsprofiel van nieuwe geneesmiddelen. Het vergroot het maatschappelijk besef, dat geneesmiddelenveiligheid een relatief begrip is. Honderd procent veilige geneesmiddelen bestaan niet. Goed gebruik van geneesmiddelen bevordert hun veiligheid. Het CBG en de farmaceutische industrie treft vaak het maatschappelijk verwijt hiervoor relevante gegevens om commerciële redenen achter te houden. Hoewel de ontwikkeling en registratie van nieuwe geneesmiddelen streng gereguleerd zijn, zijn deze gegevens bij registratie niet vrij toegankelijk. In de literatuur bestaan daarnaast vele publikaties, die moreel verwerpelijk gedrag van de industrie bij het (niet) publiceren van belangrijke geneesmiddelengegevens aan de kaak stellen. Het maatschappelijk vertrouwen in de farmaceutische industrie bevindt zich (inter)nationaal op een dieptepunt. In Nederland heeft Nefarma het daardoor moeilijk om als een betrouwbare partner (nauwer) betrokken te worden bij activiteiten ter bevordering van medicatieveiligheid in de eerstelijnszorg. De introductie van de Landelijke Eerstelijns SamenwerkingsAfspraak (LESA) “Medicatieveiligheid na ontslag uit het ziekenhuis” bevestigt, dat “bottom up” – deze afspraak kwam tot stand zonder aandrang of ingrijpen van het ministerie van VWS – in de markt het besef groeit dat multidisciplinaire, transmurale samenwerking noodzakelijk is om de medicatieveiligheid voor met name oudere patiënten structureel te verbeteren. Hoewel de industrie een slecht imago heeft, mag dit geen beletsel vormen haar specifieke kennis en deskundigheid over (nieuwe) geneesmiddelen hier actief bij te betrekken; in het belang van de patiënt en in het belang van voortzetting van de farmaceutische innovatie, die de afgelopen decennia zo’n sterke bijdrage heeft geleverd aan verbetering van de volksgezondheid en de individuele levensverwachting.

Dr Antoinette de Bont, Dr Samantha Adams
hdl.handle.net/2105/8521
Master Zorgmanagement
Erasmus School of Health Policy & Management

Watson, K. (2009, September 29). PATIENTVEILIGHEID-IN-DE-EERSTELIJNSZORG: GEZONDHEIDSRISICO’S VAN NIEUWE GENEESMIDDELEN. Master Zorgmanagement. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/8521