In dit thesisonderzoek zijn middels een active audience-benadering de betekenisgevingen van een groep Nederlandse studenten en een groep Amerikaanse studenten aan zes fragmenten van Amerikaanse legerfilms onderzocht. Vier fragmenten waren daarbij van films die zijn geproduceerd met ondersteuning van het Pentagon en twee fragmenten waren van een film die ondersteuning van het Pentagon is geweigerd. Het Pentagon is alleen bereid samen te werken met filmmakers wanneer de filmmakers bereid zijn te onderhandelen over de vorm en inhoud van hun film. De films die op deze wijze tot stand komen, bevatten zo een ideologie die strookt met de ideologie van het Pentagon. Dit is een ideologie, waarbij het Amerikaanse leger positief wordt geportretteerd en de film zo kan bijdragen aan behoud en werving van militair personeel. Dit thesisonderzoek achterhaalt de verschillen per nationaliteit in de betekenisgeving aan deze Amerikaanse legerfilms door middel van de vraag: Op welke wijze en in welke mate verschilt de betekenisgeving door Amerikanen en Nederlanders aan Amerikaanse legerfilms met en zonder ondersteuning van het Pentagon? Binnen beide groepen wordt de ideologische boodschap zowel geaccepteerd als geweigerd. De Amerikanen accepteren de boodschap over het algemeen vaker dan Nederlanders. De Nederlanders zijn over het algemeen, vergeleken met de Amerikanen, kritischer en eerder geneigd een ideologische boodschap te weigeren. Daarnaast schatten de Amerikanen de authenticiteit van de fragmenten hoger in dan de Nederlanders, zij het met kleine verschillen. Zeer interessant is dat de verschillen in acceptatie en kritiek wegvallen wanneer de Nederlanders en Amerikanen naar de misdaden van de Amerikaanse soldaten in de fragmenten van Platoon kijken, een film die ondersteuning van en door het Pentagon is geweigerd. De respondenten weigeren de negatieve portrettering van de Amerikaanse soldaten in Platoon niet. Ondanks een gedeelde nationaliteit/cultuur doen ook de Amerikanen dit niet. De derde bevinding is de hoge mate van overeenkomst in het noemen en interpreteren van bepaalde thema’s door de Nederlanders en Amerikanen. In veel gevallen gaat het om overeenkomsten en verschillen binnen de Nederlandse groep, binnen de Amerikaanse groep of tussen twee groepen die gecombineerd zijn samengesteld. De verschillen tussen de twee nationaliteiten zijn zodoende niet groter dan de interne verschillen binnen een groep van een van de twee nationaliteiten. Een vierde bevinding is de moeite die Amerikanen hebben met het kijken naar het realistische geweld in de film Platoon, terwijl geen van de Nederlanders hierover spreekt. De vijfde bevinding is het opvallende gebrek aan een verband tussen het benoemen van een ideologische boodschap en de waardering van het fragment. Ook de authenticiteit en de waardering van Amerikaanse legerfilms hebben voor de respondenten geen direct verband met elkaar. Een verschil per nationaliteit is hierin niet gevonden. De zesde en laatste bevinding heeft betrekking op de groep drie Amerikanen die het pro-Amerikaanse standpunt van de Amerikaanse legerfilms niet uit zichzelf noemen, maar dit pas doen wanneer er direct naar gevraagd wordt. Het verschijnsel kan gezien worden als een bevestiging van het beroep dat bij de verspreiding van een ideologische boodschap wordt gedaan op de vanzelfsprekendheden of vooronderstellingen van de Amerikanen.

, , , ,
Van Vernooij, dr. A.
hdl.handle.net/2105/9032
Media & Journalistiek
Erasmus School of History, Culture and Communication

Haring, E. (2011, January 12). Don't shoot the messenger. Media & Journalistiek. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/9032