Onder de noemer publiek-private samenwerking (PPS) valt een heel spectrum aan samenwerkingsvormen tussen overheid en markt, maar in de gebiedsontwikkelingsprojecten van de afgelopen jaren domineert vooral de partnerschap-vorm (alliantie) van PPS: de joint venture. Ondanks diverse succesvolle voorbeelden zijn de ervaringen met deze samenwerkingsvorm echter niet altijd positief. De praktijk laat zien dat er regelmatig knelpunten optreden in de interactie tussen publieke en private actoren. De hybride sturing blijkt hier debet aan te zijn doordat partijen, zowel publiek als privaat, binnen de joint venture hun rol doorgaans niet zuiver spelen. Beiden hebben naast het gezamenlijke belang (dat van de GEM), namelijk ook nog een eigen belang en daar wordt veelal actiever op gestuurd dan op het gezamenlijke belang, met als gevolg een groot verlies aan efficiëntie en doelmatigheid. Onze overwegend Rijnlandse cultuur is gericht op de inhoud van de activiteiten en op het bereiken van consensus. Het grote euvel is dat deze overlegcultuur verstikkend en vertragend kan werken. Als gevolg van de voortschrijdende globalisering raakt Nederland steeds meer onder invloed van het Angelsaksische sturingsmodel. In dat model staat efficiëntie en minimale overheidsbemoeienis centraal. De op het Angelsaksische sturingsmodel gebaseerde (gebieds)concessie kent een duidelijke scheiding tussen de publieke en private verantwoordelijkheden. Vandaar dat in dit model een mogelijke oplossing wordt gezien voor bovengenoemde problemen. Uit het onderzoek is gebleken dat de concessie in potentie efficiënter en doelmatiger is dan de joint venture, maar dat deze efficiëntie veelal voor een groot deel teniet wordt gedaan door de scheve machtsverhouding tussen de publieke en private partij in de samenwerking. Deze scheve machtsbalans is het gevolg van het niet los kunnen laten (als gevolg van complexiteit), of het niet los willen laten (als gevolg van subjectief publiek belang), van de sturing op het eindresultaat door de publieke partij. De private partij krijgt (dan) wel de verantwoordelijkheid en de risico’s maar niet de bevoegdheid om optimaal op die risico’s te kunnen sturen. Gebleken is dat bij complexe gebiedsontwikkelingen de gemeente de sturing niet kan loslaten. Voor dergelijke opgaven is het concessiemodel dan ook niet geschikt.

,
Hobma, F.
hdl.handle.net/2105/10642
Master City Developer
Erasmus School of Economics

Gijzen, M.H.M. (2009, July). Zonder loslaten geen concessie.. Master City Developer. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/10642