2019-06-29
De groene gordel van smaragd
Publication
Publication
De Nederlands-Indische natuurbescherming tussen 1912 en 1935
Anders dan de literatuur over de natuurbescherming in Nederland is de literatuur over de natuurbescherming in Nederlands-Indië zeer beperkt. De wereldwijde opkomst van de natuurbescherming wordt vaak verklaard aan de opkomst van de nationale parken in de Verenigde Staten en de opkomst van de natuurmonumentenbeweging in Europa aan het begin van de twintigste eeuw. Over de opkomst van de natuurbescherming in de koloniën van het Westen is beduidend minder vaak beschreven en kent daarnaast ook een voorkeur voor het beschrijven van de ontwikkelingen van de natuurbescherming in Afrika. Wanneer men meer wilt weten over de ontwikkelingen in Nederlands-Indië is het lang zoeken naar voldoende literatuur. Met dit onderzoek is getracht het gat in de literatuur te verkleinen door de Nederlands-Indische natuurbescherming in de periode van 1912 tot en met 1935 nader te onderzoeken. In dit onderzoek is gebruik gemaakt van de jaarverslagen van de meest invloedrijke natuurbeschermingsorganisatie in Nederlands-Indië (de Nederlandsch Indische Vereeniging tot Natuurbescherming) die vanaf 1912 zich inzette voor het beschermen van de Indische natuur. Weliswaar vormen de jaarverslagen van 1912 tot 1935 de kern van het bronmateriaal, maar dit wordt aangevuld met ander primair bronmateriaal. In dit onderzoek staat het beantwoorden van de vraag hoe het idee van natuurbescherming tussen 1912 en 1935 werd gedefinieerd en werd ingevuld door de Nederlandsch Indische Vereeniging tot Natuurbescherming centraal. Om de vraag te kunnen beantwoorden is de hoofdvraag uitgesplitst in drie delen waar elk naar welke definities de vereniging hanteerde voor natuurbescherming en hoe deze in de praktijk werd ingevuld. Het eerste deel behandeld de vraag hoe het natuurbeschermingsdenken zich in Nederlands-Indië ontwikkelde vóór de twintigste eeuw en vóór het bestaan van de Vereeniging. Hierbij worden twee instituten behandeld die een grote invloed hebben uitgeoefend op de oprichters van de Vereeniging. Het tweede deel focust zich daarna op de eerste jaren van de Vereeniging (1912 tot en met 1924). In deze periode definieert de Vereeniging natuurbescherming op eenzelfde wijze als er in Europa toentertijd werd gehanteerd middels de zogenoemde natuurmonumenten. Het derde deel focust zich daarna op de periode na 1924 tot en met 1935 waarin de Vereeniging een plotselinge verandering onderging waarin de definitie en praktijk van de Indische natuurbescherming enorm verschilde van de periode tussen 1912 en 1924. Na dit breekpunt focuste de Vereeniging zich niet langer meer uitsluitend op natuurmonumenten maar bewoog zich meer naar eenzelfde soort natuurbescherming zoals die in Afrikaanse koloniën werden gepraktiseerd. Dit betekende een grotere focus op de fauna en de creatie van uitgestrekte wildreservaten. Tegelijkertijd begon er in deze periode een internationalisering waarbij internationale natuurbeschermingsorganisaties zich meer begonnen te bemoeien met de Indische natuurbescherming.
| Additional Metadata | |
|---|---|
| , , , , , , , , , | |
| R. J. Adriaansen | |
| hdl.handle.net/2105/49951 | |
| Maatschappijgeschiedenis / History of Society | |
| Organisation | Erasmus School of History, Culture and Communication |
|
T. van der Poel. (2019, June 29). De groene gordel van smaragd: De Nederlands-Indische natuurbescherming tussen 1912 en 1935. Maatschappijgeschiedenis / History of Society. Retrieved from http://hdl.handle.net/2105/49951 |
|